Japanners hekelen regering
YAMAGATA– „Het gedrag van de overheid maakt me razend”, zegt Kazuhiro Kikuchi (51) over de problemen bij de Japanse kerncentrale. „Ik wil niet dat ze er nog een ramp bijmaken.”
Kikuchi, zijn vrouw en twee van hun drie kinderen arriveren bij een groot sportcentrum dat is omgedoopt tot een evacuatiecentrum voor aardbevingsslachtoffers in de stad Yamagata.
Tot gisterochtend woonden ze 50 kilometer verwijderd van de centrale. „We zeiden steeds tegen elkaar: Het komt wel in orde, het komt wel in orde”, zegt Kikuchi’s vrouw met emoties in haar stem. „We gingen gewoon naar buiten”, zegt Kazuhiro Kikuchi, „om naar vermiste mensen te zoeken.”
Zijn vrouw geeft aan dat niemand hun vertelde dat ze moesten evacueren. „We realiseerden ons uiteindelijk echter dat we moesten vluchten. We wilden absoluut niet dat onze kinderen aan radioactieve straling zouden worden blootgesteld.”
Als eigenaar van een elektriciteitsbedrijf heeft Kikuchi jarenlang gewerkt voor de zorgwekkende centrale en was er zelfs toen de aardbeving en de daaropvolgende tsunami toesloegen. Maar zijn bron van inkomsten is nu een bron van verontwaardiging en angst. „Ik verwacht de allerslechtste uitkomst”, zegt hij met diepe overtuiging.
De Japanse overheid heeft binnen een straal van 20 kilometer van de centrale iedereen geëvacueerd, en binnen een straal van 20 tot 30 kilometer inwoners geadviseerd binnen te blijven. Maar Kikuchi is ervan overtuigd dat het mis gaat lopen met de reactoren, en dat mensen dan binnen een straal van 50 tot 70 kilometer aan radioactieve straling zullen worden blootgesteld. „Dit gaat problemen opleveren voor de volgende drie generaties”, zegt hij, „net als in Hiroshima en Nagasaki.”
De Kikuchi’s maken zich vreselijk zorgen over de mensen die ze hebben achtergelaten. Een van hun familieleden is zwaar ziek en ligt in het ziekenhuis. Hij was te zwak en te ziek om te reizen. Zijn vrouw bleef daarom ook.
„Er wordt ons niets verteld,” zegt zijn vrouw. „Ze zeggen ook niets op de televisie,” valt haar echtgenoot haar bij. „Ze laten enkel maar de beelden zien van de explosie. We weten niet of daarbij nu wel of niet radioactieve straling is vrijgekomen. Echt duidelijke informatie ontbreekt.”
„Er zijn daardoor een heleboel mensen”, vervolgt zijn vrouw, „die de situatie totaal niet begrijpen. Ze realiseren zich de verschrikking die Fukushima is nog niet”, zegt Kikuchi. „Velen hebben ook geen benzine. Ze kunnen niet weg en geven op.”
Kikuchi is razend over het gebrek aan informatie. „Dit is niet zomaar een onbeduidend incident”, zegt hij. „Het elektriciteitsbedrijf en de overheid hebben de verplichting om de informatie die ze hebben nauwgezet bekend te maken. Hun nalatigheid en de tijd die ze hiermee verspillen gaan een veel ernstigere en zorgwerkende situatie veroorzaken.”
„Ik wil dat ze correct handelen”, zegt Kikuchi’s vrouw met haar handen tegen elkaar aan alsof ze aan het bidden is. Ze bedwingt duidelijk haar emoties. „Ik wil dat ze de levens van de mensen in het rampgebied beschermen.”
„Ze behoren zich te bekommeren om de mensen die ons dierbaar zijn”, zegt haar echtgenoot. Volgens Kikuchi snapt de overheid totaal niet wat er gaande is. „Om dezelfde reden waren die oude reactoren in de kerncentrale van Fukushima I nog steeds in gebruik. Ze zijn nota bene al meer dan veertig jaar oud.”
RD-correspondent Kjeld Duits bevindt zich in het rampgebied in Japan. Hij doet vandaag vanuit Yamagata verslag voor deze krant.