„SGP schuift meer naar rand samenleving”
ZIERIKZEE – Met een lijstje van zijn successen als lid van de Zeeuwse Statenfractie van de SGP zal hij niet komen. Bescheidenheid kenmerkt oud-Statenlid Teun van Oostenbrugge (54). „De boodschap is belangrijker dan de boodschapper.”
De afgelopen twaalf jaar was Van Oostenbrugge lid van de Provinciale Staten in Zeeland.
Dat hij bij zijn afscheid, vorige week donderdag, werd onderscheiden als lid in de Orde van Oranje-Nassau, was voor hem geen verrassing. „Als raadsgriffier van de gemeente Schouwen-Duiveland weet ik dat dit vrijwel standaard gebeurt. We hebben er toen samen met het gezin een gezellige dag van gemaakt.”
De verkiezing als Statenlid in 1999 kwam voor Van Oostenbrugge, tot 1997 gemeentesecretaris van de nog niet heringedeelde gemeente Bruinisse, wél als een complete verrassing. „Ik stond als zevende op de SGP-lijst. De vorige keer was onze zesde zetel een restzetel, de Zeeuwse Staten telden toen nog 47 zetels. Tot mijn schrik werd ik gekozen. Ik had er totaal niet op gerekend en moest mijn tijd gaan herschikken.”
De Zeeuw schat dat het werk als Statenlid in totaal zo’n vijftien à twintig uur per week kost.
Van Oostenbrugge ontwikkelde zich als Statenlid tot de beschouwer en procesbewaker van de fractie. „Doordat ik van de bestuurlijke kant kom, probeer ik ervoor te zorgen dat het besluitvorming zorgvuldig gebeurt.”
Op dat punt heeft het oud-Statenlid zelfkritiek. „De provincie Zeeland heeft tot omstreden projecten besloten, zoals rond ontpoldering en het project Waterdunen, een gebiedsherinrichting in West-Zeeuws-Vlaanderen. Deze besluiten hebben tot heftige reacties geleid. Achteraf constateer ik dat de provincie beter met de burger had moeten communiceren. En de Staten zijn onderdeel van de provincie, dus dat reken ik ook mezelf aan.”
Gevraagd naar de successen van hemzelf, wil Van Oostenbrugge geen lijstje opvoeren. „De boodschap is belangrijker dan de boodschapper.” De afgelopen periode was hij lid van de Statencommissie bestuurlijke en financiële zaken en voorzitter van de commissie ruimte, ecologie en water. Over de laatste rol zegt hij: „Ik heb die functie met plezier vervuld. De commissaris van de Koningin, Peijs, sprak bij het afscheid waarderende woorden over de manier waarop ik die commissie had geleid.”
Liever praat het oud-Statenlid over de inbreng van de SGP-fractie in de afgelopen periode. „Recent hebben de Staten een SGP-motie aangenomen waarin wordt opgeroepen om een alternatief te vinden voor de ontpoldering van de Hertogin Hedwigepolder.”
De mogelijkheid om als SGP-fractie principiële invloed uit te oefenen wordt geringer, constateert Van Oostenbrugge met leedwezen.
„In de vorige periode, 2003-2007, bespraken de Staten de Cultuurnota. De SGP-fractie stelde toen dat alle cultuuruitingen tot eer van God moeten strekken. Ook wilden we dat de uitzendingen van Omroep Zeeland aan dit criterium worden getoetst.
De PvdA kwam toen met een voorstel om dit soort uitingen in de Statenzaal niet meer te accepteren. Ik beschouw dit als een dieptepunt in mijn periode als Statenlid.”
Als ander voorbeeld van de vervreemding van de maatschappij van Bijbelse standpunten beschouwt Van Oostenbrugge de Tour de France, die vorig jaar op zondag door Zeeland reed. Gedeputeerde Staten waren bereid waar mogelijk de gevolgen van de Tour voor kerkdiensten te beperken. „De PvdA reageerde daar heel negatief op. De PZC kwam toen met een spotprent waarin wielrenners kerkgangers passeren. Daaruit bleek dat deze krant het tegenstrijdige van beide gebeurtenissen beter begreep dan de PvdA-fractie.”
De twee voorvallen illustreren voor Van Oostenbrugge „hoezeer de SGP met haar Bijbelse geluid naar de rand van de samenleving is gedrongen.” Ook het zetelverlies voor de SGP bij de recente Statenverkiezingen is daar volgens hem een voorbeeld van.
Invloed had de SGP wel vanwege het feit dat haar lijsttrekker Van Heukelom in Gedeputeerde Staten (GS) plaatsnam. „Mede daardoor werden bepaalde voorstellen in het college tegengehouden.” De SGP’er hoopt dat Van Heukelom opnieuw deel gaat uitmaken van GS. „Laat deze gedeputeerde zijn werk vervolgen.”
Zelf houdt Van Oostenbrugge het nu voor gezien. „De SGP heeft drie goed ingewerkte, jonge Statenleden. Mijn gezin is de afgelopen jaren vaak het kind van de rekening geweest. Ook vond ik dat mijn leven meer in balans moest komen.”