De maatregel is direct in werking getreden. De noodtoestand „autoriseert de commandant van de krijgsmacht van Bahrein om alle noodzakelijke maatregelen te nemen om de veiligheid van het land en haar burgers te garanderen”. Het is nog niet duidelijk of een avondklok wordt ingesteld, media worden gemuilkorfd en openbare bijeenkomsten worden verboden.

In Bahrein wordt al weken gedemonstreerd door de sjiitische meerderheid. Zij eisen meer rechten en politieke hervormingen. Het eiland in de Perzische Golf wordt geregeerd door een soennitische minderheid waartoe ook het het koningshuis behoort.

Maandag trokken op uitnodiging van de koning van Bahrein militairen uit het regionale samenwerkingsverband GCC het land binnen om mee te helpen de orde te herstellen. Het gaat onder meer om duizend Saudische militairen en vijfhonderd agenten uit de Verenigde Arabische Emiraten. De buitenlandse (soennitische) troepen zouden zich vooral bezighouden met bewakingstaken, zoals van olie-installaties.

De betogers zijn woedend over de komst van de buitenlandse militairen. Zij zeggen dat die neerkomt op een oorlogsverklaring. Duizenden demonstranten trokken dinsdag op naar de Saudische ambassade in de hoofdstad Manamah om hun ongenoegen te uiten. Ze schreeuwden leuzen tegen de koning.

Op verscheidene plaatsen op het eiland kwam het tot geweld. Volgens de Amerikaanse nieuwszender CNN zijn de twee doden een Saudische militair en een Bahreinse politieman. De laatste kwam om bij rellen in de stad Sitra.

Het sjiitische Iran bekritiseerde de buitenlandse interventie. Het is onacceptabel en zal de zaak verder compliceren, aldus Teheran. Een topfunctionaris uit Bahrein noemde de Iraanse kritiek een „schaamteloze inmenging” in de zaken van het eiland.