Binnenland

Reuring rond sloop Zweedse huizen Middelharnis

MIDDELHARNIS – De sloop van zestien houten huizen in Middelharnis roept op het eiland Goeree-Overflakkee nogal wat emotionele reacties op. „Zweden schonk deze woningen aan slachtoffers van de watersnoodramp in 1953. En nu gaan ze zonder overleg met de schenkers tegen de vlakte.”

10 March 2011 10:26Gewijzigd op 14 November 2020 14:02
Watersnoodslachtoffer M. van Dis voor zijn houten huis Östersund. ”Verschrikkelijk dat dit gesloopt moet worden." Foto RD
Watersnoodslachtoffer M. van Dis voor zijn houten huis Östersund. ”Verschrikkelijk dat dit gesloopt moet worden." Foto RD

De Prinses Margrietstraat in Middelharnis is op het eerste gezicht een gewone straat. De twee-onder-eenkaphuizen aan de rechterkant zijn bijzonder hoog en smal. Nog iets wat opvalt: ze hebben alle zestien een naam van een Zweedse stad: Östersund, Malmö, Kristianstad. De bewoners van nummer 27 hebben hun bordje er al afgeschroefd. Als aandenken.

Want de zestien houten huizen aan de Prinses Margrietstraat worden gesloopt. De woningbouwvereniging Woongoed Flakkee vertelde het op een informatieavond in januari aan de bewoners. Directeur S. van Nieuwaal: „Toen was er geen weerstand te bespeuren. De huizen zijn nu eenmaal aan het einde van hun levensduur. Ze zijn erg klein en niet meer van deze tijd.”

Omdat de woningen op ruime percelen staan, kan Woongoed Flakkee na de sloop van 16 huizen er minimaal 28 woningen voor in de plaats bouwen. De huidige bewoners krijgen tijdelijk andere woonruimte aangeboden en kunnen daarna eventueel terugkeren naar hun straat. Op de bewonersavond was daar volgens Van Nieuwaal veel begrip voor. „Niemand vindt een verhuizing leuk. Eigen haard is nu eenmaal goud waard. Maar er is nu eenmaal een groot tekort aan sociale woningbouw en met dit plan kunnen we de nood een beetje lenigen.”

Woongoed Flakkee stelde een bewonerscommissie in, die kon meedenken over het nieuwe bouwplan. De commissie hield een enquête onder de zestien bewoners. Secretaris Gerard Meijs: „Driekwart van de huurders gaf aan niet te willen verhuizen, een kwart wilde wel weg. De helft van de inzenders zei dat de huizen veel historische waarde hebben.”

Een van de felste tegenstanders is M. van Dis (86) van nummer 33. „Mijn ouders woonden in een boerderij Lieve Vrouwepolder. Het water stond er in februari 1953 bijna 5 meter hoog. We konden zo vanuit het zolderraam in een roeiboot stappen.” De boerderij moest worden gesloopt en de familie Van Dis kreeg nieuwe woonruimte in de Zweedse huizen.

Van Dis laat in het trapgat een bordje zien met de tekst ”Dit huis is geschonken door het Zweedse Rode Kruis”. „Zulke woningen ga je toch niet zomaar slopen zonder overleg met de schenkers? Het zijn tastbare herinneringen aan de watersnoodramp.”

De bewonerscommissie wil volgens secretaris Meijs graag praten over mogelijkheden om enkele woningen te renoveren en de rest te slopen. „Maar daar valt met de woningcorporatie niet over te spreken.”

Van Nieuwaal van Woongoed Flakkee weerlegt dat. „Gedeeltelijke renovatie behoort wellicht tot de mogelijkheden. De herinnering aan het geschenk van Zweden willen we zeker levend houden. We wilden dat in overleg doen met de bewonerscommissie, maar die heeft zich ontwikkeld tot een actiecomité om de sloop tegen te houden.”

Wethouder Ph. van den Berg (Volkshuisvesting) van Middelharnis zegt „overvallen” te zijn door de sloopaanvraag voor zestien woningen van Woongoed Flakkee. „In het meerjarenbeleidsplan heeft de vereniging wel aangegeven iets aan de woningen te willen doen. Ik had verwacht dat de corporatie eerst met ons in gesprek zou gaan, voordat ze daadwerkelijk tot sloop zouden besluiten. De woningen houden het verhaal van de ramp levend en daar moet je zorgvuldig mee omgaan.”

Inmiddels heeft de wethouder met de woningcorporatie om de tafel gezeten. Ook tijdens de raadsvergadering vanavond komt het onderwerp aan de orde. Binnenkort zal Woongoed Flakkee aangeven wat ze met de kritiek van bewoners en gemeente doet.

Overigens zijn niet alle bewoners van de houten huizen kritisch. Zeker vijf bewoners hebben al andere woonruimte gevonden en zullen binnen afzienbare tijd verkassen. Een van hen is P. Kalle (61) van nummer 4. Ze heeft in haar tuin een kinderwagen te koop staan. „Ik ben alvast aan het ruimen gegaan.” Toen Kalle in 2000 in de Prinses Margrietstraat kwam wonen, wist ze al dat haar huurwoning op termijn gesloopt zou worden. „Ik heb mij toen gelijk laten inschrijven voor een seniorenwoning. Daar hoop ik nu heen te gaan.”

Kalle vindt de ophef over de sloop niet terecht. „In Oude-Tonge heeft de woningcorporatie al enkele huizen in Zweedse stijl herbouwd als herinnering aan het geschenk in 1953. Daarmee heeft de corporatie naar mijn mening genoeg gedaan.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer