Raad van State: Vernietiging koopzondag Westland correct
DEN HAAG – De Raad van State schaart zich achter het besluit van voormalig ministers Van der Hoeven (Economische Zaken) en Bijleveld (Binnenlandse Zaken) om extra zondagsopening in de gemeente Westland te verbieden.
Dat heeft de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State vanmorgen in een bodemprocedure bepaald. De gemeente Westland had de zaak aangespannen nadat Van der Hoeven en Bijleveld in maart 2010 een raadsbesluit van de gemeente uit 2009 vernietigden dat vrije zondagsopenstelling van winkels mogelijk maakte.
De Raad van State oordeelt dat de regering het besluit van de gemeenteraad mocht vernietigen, omdat Westland „weliswaar een bepaalde ambitie heeft op het gebied van toerisme, maar te weinig toeristische aantrekkingskracht heeft om zondagsopening van winkels toe te staan.”
CDA-burgemeester Van der Tak had de bewindslieden verzocht het koopzondagenbesluit in zijn gemeente te torpederen omdat het volgens hem strijdig was met de Winkeltijdenwet. De kroon, namens welke een minister optreedt ging daar bij monde van Van der Hoeven en Bijleveld, in mee omdat Westland volgens hen over te weinig toeristische aantrekkingskracht zou beschikken om een beroep te kunnen doen op de wettelijke mogelijkheid tot onbeperkte zondagsopening in toeristische gebieden. Normaal gesproken geldt in gemeenten een maximaal aantal koopzondagen van twaalf, alleen in toeristische gebieden mogen de winkels vaker open op zondag.
Nog geen week na dit vernietigingsbesluit nam een meerderheid van de gemeenteraad een initiatiefvoorstel aan van VVD, LPF, D66 en GemeenteBelang Westland aan om per 9 april opnieuw een vrije zondagsopening in de hele gemeente te bewerkstelligen. Nog geen drie weken later, op 28 april torpedeerde de kroon (Van der Hoeven) dit besluit –in afwachting van de al gestarte bodemprocedure– opnieuw, nadat de fracties van CDA, Progressief Westland, CU/SGP en Westland Verstandig (WV) de bewindsvrouw op dit besluit hadden gewezen.
De kroon is bevoegd besluiten van gemeente- of provinciebesturen te vernietigen als deze in strijd zijn met de wet of het algemeen belang. Het is echter een uiterst en zeer zwaarwegend middel en daarom ook relatief zeldzaam. Omdat het in Westland een burgemeester was die een besluit van de gemeenteraad had voorgedragen voor vernietiging, was er echter sprake van een bijzondere situatie. Alleen de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State kan een dergelijk besluit tot vernietiging door de kroon weer vernietigen.