Het Openbaar Ministerie (OM) verdenkt het vijftal ervan dat zij de Choizil hebben gekaapt en dat ze te maken hadden met de kaping of plannen daarvoor van een aantal koopvaardijschepen in de wateren bij Somalië. Van het Zuid-Afrikaanse schip zijn twee slachtoffers mee aan land genomen door piraten. De schipper werd gered.

Het is de tweede groep verdachte Somalische zeerovers die voor de Nederlandse rechter wordt gebracht. De eerste - ook vijf mannen - werd in juni veroordeeld tot vijf jaar celstraf.

Volgens officier van justitie Henny Baan zijn de vijf verdachten die nu terechtstaan, aangemonsterd op een moederschip en twee kleinere bootjes met als doel geweld te plegen tegen andere schepen. Ze zouden hebben geschoten met Kalasjnikovs en raketwerpers.

Het marineschip de Amsterdam had volgens het OM voldoende reden in totaal twintig mannen aan te houden, toen zij vluchtten voor de patrouillerende oorlogsbodem. Vijftien van hen werden vrijgelaten omdat er onvoldoende bewijs was voor hun betrokkenheid bij zeeroof of daadwerkelijke kapingen. Bij de vijf die werden vastgehouden, had de Koninklijke Marechaussee wel voldoende aanwijzingen om ze vast te houden. „Zij waren te koppelen aan de kaping van het jacht Choizil”, aldus aanklaagster Baan.

De twee opvarenden van het jacht, Bruno Pelizzari en Debbie Calitz, waren met schipper Peter Eldridge onderweg van Dar es Salaam naar Zuid-Afrika, waar ze kerst met hun familie zouden vieren. Somalische zeerovers kaapten het jacht voor de kust van Tanzania. Pelizzari en Calitz werden aan land gebracht en sindsdien is niets meer van hen vernomen. Wel zouden de gijzelnemers met familie van de slachtoffers hebben gebeld en om 10 miljoen dollar aan losgeld hebben gevraagd.

Kapitein Eldridge is aan boord van de Hr. Ms. Amsterdam ondervraagd. Mede op basis van zijn verklaringen zijn de vijf Somaliërs uit de groep van twintig geselecteerd en vastgezet.

.