Egypte, dé westerse inzet tegen opmars Iran
DAMASCUS – De Iraanse Revolutie van 1979 veranderde in één klap de politieke kaart van het Midden-Oosten. Ayatollah Khomeini maakte vanaf het begin duidelijk dat hij van het exporteren van de Iraanse Revolutie een prioriteit had gemaakt. Deze revolutie moest een einde maken aan het bewind van Arabische leiders in het Midden-Oosten, die door Khomeini minachtend „lakeien van Amerika” werden genoemd.
Het exporteren van de Iraanse Revolutie wilde aanvankelijk niet echt vlotten en het enige succes dat in de beginjaren geboekt kon worden, kwam op rekening van Libanon, waar leden van de Iraanse Revolutionaire Garde in 1982 Hezbollah oprichtten.
Het belangrijkste struikelblok dat de expansiedrift van het nieuwe Iraanse bewind in de weg bleek te staan was het Irak van toenmalig president Saddam Hussein. De ayatollahs in Teheran waren dan ook opgetogen toen de Verenigde Staten in 2003 dat probleem voor hen oplosten door het regime van Saddam ten val te brengen.
De Amerikaanse terugtrekking uit Irak vervult vooral de Amerikaanse bondgenoten in de Arabische golfstaten met grote zorg. Zij vrezen de agressieve aspiraties van een toekomstige kernmacht Iran, terwijl ze voor hun verdediging vooral zijn aangewezen op de Amerikaanse strijdkrachten. De stormachtige ontwikkelingen die de afgelopen maanden in de Arabische wereld plaatsvonden, hebben hun vrees slechts doen toenemen.
Het gevaarlijkst zijn voor deze landen de ontwikkelingen in Egypte, waar het regime van president Mubarak sinds weken onder vuur ligt. Mubaraks regering vormt een van de belangrijkste steunpilaren in het Midden-Oosten van de westerse politiek die beoogt de Iraanse invloed en expansie in de regio in te dammen.
In de westerse wereld worden al deze gebeurtenissen vooral bekeken vanuit de optiek van volksopstanden die gerechtvaardigde democratische hervormingen eisen. Maar dit is bepaald niet de visie van de westerse bondgenoten in de Arabische wereld. Zo ziet men in Libanon de triomf van Hezbollah, terwijl het Westen machteloos toekijkt. En alhoewel de uitkomst in Tunesië en Egypte nog onbeslist is, valt te verwachten dat er uiteindelijk regeringen zullen worden gevormd die in het beste geval kritisch zullen staan tegenover de westerse agenda en belangen in de regio. Het is dus bepaald niet verwonderlijk dat de enige enthousiaste geluiden uit Teheran komen. Het Iraanse regime wordt niet moe te benadrukken dat de dagen van de westerse hegemonie in het Midden-Oosten zijn geteld.
De wereldwijde strijd tussen het Westen en Iran krijgt in de Arabische wereld een heel eigen vertaling. Het is daar een religieuze strijd om de ziel van het Midden-Oosten die in alle heftigheid woedt tussen enerzijds het sjiitische Iran en zijn bondgenoten en anderzijds de Arabische soennitische landen, die hierbij worden aangevoerd door het Saudische koninkrijk. Het is de tragiek van het kleine weerloze Libanon dat het bij deze strijd in de frontlinie ligt.
Er zijn sinds 1979 meer dan drie decennia verstreken. De revolutie in Iran vond indertijd plaats tijdens het presidentschap van Jimmy Carter in de Verenigde Staten. Van president Carter wordt wel gezegd dat hij de ontwikkelingen in Iran vanaf het begin verkeerd inschatte. Door deze beoordelingsfouten verloor het Westen in de persoon van de verdreven sjah Pahlavi een belangrijke bondgenoot. Op het schaakbord van het Midden-Oosten lijkt Iran weer drie belangrijke zetten te hebben gedaan, en de westerse bondgenoten in de Arabische wereld vragen zich bezorgd af of de huidige Amerikaanse president Obama als leider van het westerse kamp wellicht ook de situatie verkeerd beoordeelt. Vooral het gemak waarmee het Westen zijn bondgenoten in Tunesië en Egypte liet vallen, baart hen zorgen.
Het zou daarom in de toekomst wel eens tot merkwaardige allianties kunnen leiden, zoals onlangs WikiLeaks onthulde. Vooral de Arabische golfstaten willen voorkomen dat Iran zich ontwikkelt tot een nucleaire macht in de regio. WikiLeaks onthulde dat sommige Arabische landen, gefrustreerd door het vage optreden van Obama, zich heimelijk tot Israël hebben gewend. Ze waren tot de conclusie gekomen dat zowel de VS als Israël de militaire potentie heeft om Iran te stoppen, maar alléén Israël was bereid deze militaire potentie ook daadwerkelijk te gebruiken.