Dit heeft Alan Greenspan, president van de Amerikaanse centrale banken, woensdag gezegd in een toespraak tot het Congres.

Greenspan verklaarde dat de inflatie is gedaald tot een zeer laag niveau. Hij herhaalde dat de kans op een verdere, onwelkome, daling van de inflatie weliswaar klein is, maar dat die nog altijd groter is dan de kans op het toenemen van de geldontwaarding.

Mogelijk moeten de centrale banken nu al actie ondernemen, zo betoogde de bankpresident. „De centrale banken hebben voldoende ammunitie om deflatie tegen te gaan.” Op het ogenblik zijn de kosten van een preventieve actie zeer laag. Als de deflatie de VS in haar grip krijgt, vergt de aanpak ervan veel meer geld.

Greenspan zei verder dat zijn banken niet veel ervaring hebben met deflatie. Er is veel geld uitgetrokken om het verschijnsel te bestuderen, zo liet hij het Congres weten.

De cijfers van de laatste tijd bevestigen de mogelijkheid dat de groei van de Amerikaanse economie in de tweede helft van dit jaar toeneemt, aldus Greenspan. Wel blijft onzeker wanneer en in hoeverre de economie zal aantrekken. Greenspan noemde de recente werkloosheidscijfers teleurstellend. Er zijn volgens hem nog enkele weken nodig om de werkelijke trend op de arbeidsmarkt vast te stellen.

Greenspan acht de verbeterde situatie op de financiële markten en de sterke groei van de productiviteit een goede voorbode. Ook de daling van de energieprijzen lijkt een positieve invloed te hebben op de economie. Alles bij elkaar genomen zijn de vooruitzichten voor de komende tijd niet veranderd, zo betoogde de bankpresident.

Hij wees ook op de lage rentestand. De banken blijven bereid te lenen aan kredietwaardige cliënten. Daardoor kunnen de consumentenbestedingen omhoog en wordt de aankoop van een nieuwe woning gestimuleerd. Centraal punt blijft echter of het bedrijfsleven bereid is te investeren nu de oorlog in Irak achter de rug is. De huidige omzichtigheid in het bedrijfsleven kan een belemmering vormen voor het aantrekken van de economie.