Ook voormalig gedeputeerden erkennen in het rapport dat niet of nauwelijks naar de bewoners van op het Brabantse platteland werd geluisterd. „De megastallendiscussie bewijst dat we in de voorbereiding van de reconstructie een doelgroep over het hoofd hebben gezien: de bewoners van het buitengebied”, zo citeren de onderzoekers een anonieme ex-provinciebestuurder.

Op basis van het burgerinitiatief tegen megastallen dat vorig jaar werd ingediend constateren de onderzoekers dat de antennefunctie van Provinciale Staten niet optimaal werkte. „Al ruim voor het burgerinitiatief waren er in andere provincies en op rijksniveau discussies over een doorgeschoten schaalvergroting van de intensieve veehouderij.”

De herinrichting van het Brabantse platteland begon in 1997 na de uitbraak van de varkenspest en was bedoeld om de kans op herhaling te verkleinen maar de provincie kreeg nadien nog te maken met meer uitbraken van dierenziekten, zoals meest recent de Q-koorts.

Eerder dit jaar lekte een vertrouwelijke conceptversie van het rapport via Statenlid Hermen Vreugdenhil (ChristenUnie-SGP) naar het Brabants Dagblad. Het lek en de inhoud zorgden voor de nodige commotie. Voormalig gedeputeerde Onno Hoes zei bij zijn vertrek dat het onderzoek waardeloos was geworden.

Op verzoek van de provincie bekeek professor Hagenaars van de Universiteit van Tilburg het conceptrapport en de methode van onderzoek nogmaals. Hagenaars concludeert dat de inhoud ervan overeind blijft.

Het is nog onduidelijk wat Provinciale Staten met het rapport gaan doen.