De Orka Coalitie, waaronder Een Dier Een Vriend en de Belgische dierenrechtenorganisatie Bite Back, protesteerde eerder al bij het dierenpark in Harderwijk tegen het gevangenhouden van Morgan. De coalitie betwijfelt de onafhankelijkheid van het onderzoek.

Het is onverantwoord orka Morgan terug te zetten in zee, luidde de belangrijkste conclusie uit een wetenschappelijk rapport, opgesteld in opdracht van het Dolfinarium. De resultaten van dit rapport werden vrijdagochtend in Harderwijk gepresenteerd.

De ernstig verzwakte, jonge orka werd in juni uit de Waddenzee gevist. In het Dolfinarium in Harderwijk knapte het zeezoogdier op. Een groep van zeven wetenschappers wierp zich vervolgens op de vraag wat te doen met de orka.

Uitzetting van Morgan in zee is niet mogelijk, omdat haar familie niet is getraceerd. „Het is essentieel dat het dier in een groep wordt opgenomen, wil het overleven”, aldus onderzoeker en zeebioloog Niels van Elk.

Een groep internationale onderzoekers poogde onder meer de groep van het jonge dier te traceren door het stemgeluid van Morgan te vergelijken met dat van andere orka’s. Groepen van deze sociaal levende dieren zijn doorgaans te herkennen aan hetzelfde type geluid. Ook dit lukte niet. „Ze komt waarschijnlijk uit een groep Noorse orka’s die langs de kust van Noorwegen leeft. Recente gegevens over deze groepen hebben we niet.”

Omdat de orka inmiddels aan mensen gehecht is geraakt, kan uitzetting ook gevaarlijk zijn. Morgan zou op zee contact kunnen zoeken met boten. Dat levert gevaar voor mens en dier op, aldus de onderzoekers. De enige optie lijkt nu opvang in een dierenpark te zijn.

Volgens directeur Marten Foppen van het Dolfinarium wordt nu al intensief gezocht naar een geschikte locatie. „Belangrijk daarbij is dat ze met soortgenoten kan leven.” Of het dier in Harderwijk kan blijven, kon de directeur niet zeggen.

Het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie neemt het rapport ter kennisgeving aan. Volgens een woordvoerder heeft het Dolfinarium aan de vereisten voldaan. „Ze hebben ontheffing walvissen en dolfijnachtigen op te vangen, maar moeten binnen zes maanden een beslissing nemen over de toekomst van het dier. Dat hebben ze met dit rapport gedaan.” De overwegingen van de onderzoekers worden niet meer inhoudelijk door het ministerie getoetst.