De schrijfster beschuldigt militairen ervan samen te werken met de ontvoerders. President Gloria Macapagal Arroyo gelastte donderdag een onderzoek.

Gracia Burnham werd ruim een jaar lang samen met haar echtgenoot Martin en een aantal anderen in gijzeling gehouden door de terreurbeweging Abu Sayyaf. Zij raakte zelf bij haar bevrijding op 7 juni 2002 op het zuidelijke eiland Basilan door een kogel gewond. Haar echtgenoot, de zendeling Martin Burnham, kwam bij de operatie om het leven.

In haar boek ”In the Presence of My Enemies” (”In het bijzijn van mijn vijanden”) schrijft Burnham dat het Filipijnse leger geregeld wapens en munitie aan de guerrillastrijders leverde. Ook zou een generaal hun voedsel hebben gegeven in een poging een deel van het losgeld in de wacht te slepen.

Hoewel het boek in de Filipijnen nog niet te krijgen is, voelde president Arroyo zich donderdag gedwongen een verklaring af te leggen. Daarin stelt zij de ministeries van Defensie en Buitenlandse Zaken opdracht te hebben gegeven in overleg met de Amerikaanse autoriteiten een grondig onderzoek in te stellen naar Burnhams beschuldigingen.

Minister van Defensie Angelo Reyes gaf tijdens een bezoek aan de Verenigde Staten als commentaar dat Burnham mogelijk verkeerde conclusies heeft getrokken, doordat zij van de guerrillastrijders valse of eenzijdige informatie kreeg.

De Burnhams deden zendingswerk in de Filipijnen. Op 27 mei 2001 werden ze samen met een aantal anderen in gijzeling genomen.