„Rampenplannen kunnen minder verfijnd”
DEN HAAG (ANP) – Rampenplannen in Nederland kunnen veel efficiënter worden opgesteld. Ze zijn nu te gedetailleerd, vindt Wouter Jong, adviseur crisisbeheersing bij het Nederlands Genootschap van Burgemeesters.
Hij zegt dit naar aanleiding van de uitlatingen van de Utrechtse burgemeester Aleid Wolfsen vorige week over rampenplannen. Hij vindt die veel te uitvoerig. Bovendien worden ze in de praktijk vrijwel nooit gebruikt, vertelde Wolfsen tijdens de dag van de rampenbestrijding in zijn stad, georganiseerd door het Nederlandse Rode Kruis.
Jong denkt dat de plannen minstens voor 20 procent kunnen slinken, maar zoals Wolfsen het voorstelt gaat hem iets te ver. „Wat hij zegt geeft een vertekend beeld van de werkelijkheid. Natuurlijk kunnen we er wel eens met de stofkam doorheen, maar in rampenplannen staan alle taken en verantwoordelijkheden die gelden als er sprake is van een ramp. Dat betekent niet per definitie dat iedereen alles moet weten”, aldus Jong.
Rampenplannen zijn er vooral om rampen te oefenen; om je een rampenplan eigen te maken. Als er dan écht iets gebeurt, zou iedere verantwoordelijke moeten weten wat hij of zij moet doen. Zo doet voorlichting het voorlichtingsdeel en is iemand anders weer verantwoordelijk voor bijvoorbeeld de opvang van mensen. Daar hoeft een voorlichter natuurlijk niet alles van te weten, schetst Jong het scenario. Hetzelfde geldt voor een detail als wie de sleutel heeft van de sporthal waar mensen moeten worden opgevangen?
Gemeenten hebben nu allemaal hun eigen rampenplan. Dat verandert nu er sprake is van 25 zogeheten veiligheidsregio’s. Elke veiligheidsregio moet komend jaar een rampenplan hebben. Daarmee verdwijnen de plannen die de gemeenten ooit voor zichzelf opstelden. Dat betekent ook dat de plannen vermoedelijk minder gedetailleerd zullen zijn. Jong: „Dat is in ieder geval wel de ambitie van de opstellers.”