Kerk & religie

Zendingsdag Bonisa: De kerk verbrand, dat is het ergste

SINT MAARTENSDIJK – „Deze mensen in Chinese bergdorpen hebben geen auto, radio, krant of computer. Maar wanneer ben je pas echt arm? Juist ja, als je nog nooit van God gehoord hebt.”

Van een medewerker
18 October 2010 10:30Gewijzigd op 14 November 2020 12:10
„Deze mensen in Chinese bergdorpen hebben geen auto, radio, krant of computer. Maar wanneer ben je pas echt arm? Juist ja, als je nog nooit van God gehoord hebt.” Foto EPA
„Deze mensen in Chinese bergdorpen hebben geen auto, radio, krant of computer. Maar wanneer ben je pas echt arm? Juist ja, als je nog nooit van God gehoord hebt.” Foto EPA

Bijna ademloos luisteren zo’n zeventig kinderen tijdens de Zeeuwse Zendingsdag voor de Bonisa Zending, zaterdag in Sint Maartensdijk, naar de dialezing van het echtpaar Peter en Wilma van Heiningen uit Middelharnis. Het middag­programma is volledig gericht op kinderen en ze worden er dan ook volop bij betrokken.

„Wat is eigenlijk zending?” Een paar vingers gaan omhoog. „Zendelingen die in een ander land over God vertellen.” „En waarom zijn die niet in Nederland?” „Hier hebben we dominees, in China niet.” „Waarom niet?” „Dat mag daar niet.”

De kinderen doen enthousiast mee, de vingers gaan gretig omhoog om een antwoord te geven. De eerste dia’s tonen een straatbeeld in China: een slager op de markt met vliegen op het vlees, de kapper die op straat de haren van z’n klanten wast. Een bord vol gebakken rupsen en sprinkhanen.

Dia’s tonen beelden van Boeddha en boeddhatempels. „Kan een beeld antwoord geven op de gebeden van die mensen? Nee? Hoe krijgen ze dan antwoord? Dat doen waar­zeggers. Maar Wie geeft er wel echt antwoord op het gebed?” Dat weten alle kinderen: de Heere.

Echter, in China weet bijna niemand Wie de Heere is en daarom werkt Bonisa Zending daar. Een oude Chinese predikant verschijnt op het scherm. Hij heeft anderen de bergen in gestuurd om de mensen daar over Jezus te gaan vertellen. Over steile, haast onbegaanbare paden gaat het omhoog, totdat eindelijk de kerk bereikt wordt. De kinderen zijn er stil van. Is dat schamele afdakje de kerk?

Sommige mensen hebben wel vijf uur moeten lopen om de kerkdienst bij te kunnen wonen. „Hoelang duurt de kerkdienst, denken jullie? Wel drieënhalf uur!” Een paar jaar geleden was er in het dorp een grote brand en zijn er meerdere huizen en de kerk afgebrand. „En nu vonden de mensen het erger dat de kerk was afgebrand dan dat hun huizen kapot waren. Ze hebben éérst een nieuwe kerk gebouwd en pas daarna zijn ze aan hun eigen huizen begonnen.”

De laatste dia’s laten een 
christelijke school zien met 
bijbehorende slaapzalen. Eén zaal lijkt plaats te bieden aan twaalf kinderen, maar schijn bedriegt. In ieder bed liggen 
4 kinderen, zodat er wel 
48 kinderen in het krappe zaaltje slapen, waar bovendien de schimmel op de muren staat. Toch staan de armoedige omstandigheden Gods werk niet in de weg. „De kinderen vertelden aan hun ouders over de Bijbelverhalen die ze op school hoorden. Toen vroegen de ouders: Vertel ons er ook over. Zo is er een kerk ontstaan.”

De avond van de Zeeuwse Zendingsdag trekt zo’n 250 bezoekers naar de kerk in Sint Maartensdijk. Ds. A. A. Egas, die binnenkort intrede doet in de christelijke gereformeerde kerk te Nieuwkoop, geeft een verslag van zijn recente reis naar China, waar hij als bestuurslid van Bonisa Zending een tweetal projecten bezocht.

Ds. J. Joppe, predikant van de hersteld hervormde gemeente te Sint Maartensdijk, houdt een zendingsmeditatie naar aan­leiding van Psalm 96:3: „Vertelt onder de heidenen Zijn eer, onder alle volken Zijn wonderen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer