Nabestaanden en overlevenden van de aanslagen door islamitische extremisten hebben jarenlang geijverd voor een onafhankelijk onderzoek naar de aanslagen van 7 juli 2005. Zij menen dat de veiligheidsdiensten fouten hebben gemaakt en dat de overheid het publiek onvoldoende en onjuist heeft geïnformeerd.

Zo is in eerdere rechtszaken gebleken dat twee van de daders in 2004 al in de gaten werden gehouden door MI5. Advocaten van de nabestaanden en overlevenden willen onder meer ophelderen hoe het komt dat deze twee, de 30-jarige Mohammad Sidique Khan en de 22-jarige Shehzad Tanweer, desondanks op 7 juli 2005 hun daden konden plegen.

Een tweede vraag die aan bod zal komen is of de slachtoffers van de aanslagen op drie metrotreinen en een bus wel adequaat zijn geholpen. Uit documenten die tijdens de hoorzittingen behandeld zullen worden, zou blijken dat zeventien van de dodelijke slachtoffers niet onmiddellijk zijn gestorven. De vraag is volgens de klagers of zij gered hadden kunnen worden.

De inmiddels afgetreden Labourregering heeft een publiek onderzoek altijd tegengehouden. Een rechter bepaalde in mei echter dat de klagers wel recht hadden op de hoorzittingen die nu worden gehouden.

Of in het onderzoek ook geheime gegevens gebruikt mogen worden, staat nog niet vast. De geheime dienst stribbelt tegen: het openbaar maken van geheime bestanden kan volgens MI5 de staatsveiligheid in gevaar brengen.