Turkije let op alles wat over Koerden gaat
Turkije heeft vrijdag de Amerikaanse ambassadeur op het matje geroepen omdat Jay Garner, de interim-bestuurder van Irak, Kirkuk onlangs aanduidde als een Koerdische stad.
De uitspraak van Garner was tegen het zere been van Turkije, dat opkomt voor de Turkmenen in Kirkuk. Ankara vreest bovendien dat Iraakse Koerden controle krijgen over Kirkuk en zijn oliebronnen, hetgeen een stimulans zou kunnen zijn voor de stichting van een Koerdische staat. Komt zo’n staat er, dan dreigt hervatting van de Koerdische opstand in Turkije.
Ambassadeur Robert Pearson herhaalde na afloop van overleg op het Turke ministerie van Buitenlandse Zaken dat de Verenigde Staten niet zullen toestaan dat Kirkuk in handen komt van één etnische groepering.
Ook op andere manieren speelt het Koerdische probleem in Turkije. Een Turkse rechtbank die vier Koerdische politici opnieuw berecht, heeft vrijdag op de tweede zittingsdag van het proces het bezwaar van de verdediging tegen omstreden getuigenissen uit het eerste proces afgewezen.
Het gaat om verklaringen van onder meer politieagenten. Volgens de verdediging van Leyla Zana en de drie andere ex-parlementsleden, die in 1994 tot vijftien jaar cel werden veroordeeld wegens banden met de rebellen van de PKK, zijn de getuigen partijdig.
De verklaringen zijn geheim en dat blijft zo, besloot de rechtbank, ook al hebben sommige getuigen daar bezwaar tegen. Een van hen, een oud-lid van Zana’s Partij voor de Democratie, zegt zijn verklaring te willen intrekken omdat hij die heeft afgelegd na foltering door de politie.
De advocaten van de vier zeggen dat de rechtbank dezelfde fout maakt als de vorige keer. De vier zouden op basis van onware getuigenissen zijn veroordeeld.
In 2001 kwam ook het Europees Hof voor de Rechten van de Mens tot de conclusie dat de vier in 1994 geen eerlijk proces hebben gehad. Het nieuwe proces vloeit voort uit wetswijzigingen die Turkije heeft ingevoerd om aan de eisen van de Europese Unie voor lidmaatschap te voldoen.
Het proces begon eind maart en gaat naar verwachting maanden duren. Vrijdag was de tweede zittingsdag. Het proces wordt bijgewoond door tal van internationale waarnemers. Een van hen is europarlementariër Joost Lagendijk van GroenLinks. Hij omschrijft de 42-jarige Zana als ’een symbool van alles wat er in Turkije mis is op het gebied van mensenrechten’.
Zana en de overige drie hebben al negen jaar van hun straf uitgezeten.
De laatste prominente vertegenwoordiger van het verdreven bewind van Saddam Hussein die de pers nog te woord staat, voormalig VN-ambassadeur Mohammed al-Douri, heeft vrijdag voor een Arabische tv-zender gezegd dat Garner het land moet verlaten en de macht overdragen aan een Irakees. Volgens Al-Douri zijn er te veel problemen die de Verenigde Staten niet kunnen oplossen. Ze moeten daarom weg uit Irak. De macht dient toe te komen aan een vertegenwoordiger van het Iraakse volk, of die nu Abbas, Mahmoud, Hussein, Ahmed of Ali heet, en niet aan een vertegenwoordiger van de invasiemacht, stelde Al-Douri.
Volgens Al-Douri is de situatie in Irak erbarmelijk als gevolg van de onveiligheid en de tekorten aan medicijnen en voedsel. De wederopbouw van het land moet door de Verenigde Naties worden geleid, zei de voormalige VN-ambassadeur.
Intussen heeft het Amerikaanse ministerie van Financiën het hoofd van de Michigan State University, Peter McPherson, benoemd tot economisch adviseur voor de wederopbouw van Irak. Hij krijgt onder meer de taak het ministerie van Financiën en de centrale bank van Irak weer op poten te zetten.
McPherson, voormalig onderminister van Financiën (1987-1989), zal deel uitmaken van het team van Jay Garner, de tijdelijk bewindvoerder van Irak.