Kerk & religie

CGK stimuleren eenheid met Gereformeerde Bond

NUNSPEET – De Christelijke Gereformeerde Kerken (CGK) zijn „teleurgesteld” dat er nauwelijks plaatselijke contacten zijn met gemeenten die behoren tot de Gereformeerde Bond in de Protestantse Kerk in Nederland (PKN). Om de eenheid te stimuleren, zijn zeven „voorbeeldgemeenten” nadrukkelijk verzocht tot kanselruil te komen.

Kerkredactie
30 September 2010 19:48
Foto LCJ
Foto LCJ

Dat bleek donderdag tijdens de generale synode van de CGK in Nunspeet.

De christelijke gereformeerde deputaten eenheid van de gereformeerde belijders in Nederland gaan onderzoek doen naar de oorzaak van het geringe aantal plaatselijke contacten. Als landelijk bekend wordt dat een aantal plaatselijke gemeenten tot kanselruil is gekomen, zal daar volgens hen een goede voorbeeldwerking vanuit gaan.

Drs. P. J. Vergunst, algemeen secretaris van de Gereformeerde Bond, sprak de generale synode van de Christelijke Gereformeerde Kerken toe namens het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond. Hij wees op de jarenlange samensprekingen met het deputaatschap voor de eenheid van de gereformeerde belijders in Nederland. „De les is toch dat onze harten warm worden vanwege geestelijke herkenning, vanwege ervaren eenheid in theologie en geloofsbeleving, vanwege samen nadenken over de plaats van Israël, over Schriftgezag, over het Woord dat betrouwbaar en verstaanbaar moet zijn.”

Toch lukt het de CGK en de Gereformeerde Bond die „zegen” nog altijd niet te vertalen naar meer kerkelijke eenheid. „Ik roep u op die zonde niet weg te relativeren maar er veel last van te blijven houden, er onrustig onder te zijn”, aldus Vergunst. „Toen ik drie jaar geleden hier stond, was mijn openingszin: „Wij hebben u lief!” Ik zei dat omdat uw kerken openbaring van Christus’ lichaam zijn, omdat we ons verbonden weten in het geloof van de kerk der eeuwen. Die liefde is niet over, ook niet verminderd. Waar de liefde ervaren wordt, zal ook de band verstevigd zijn. Dat is de kritische vraag van de liefde.”

Volgens Vergunst heeft liefde oog voor de praktijk. „Ze ziet dat het plaatselijke gemeenten pas lukt om samen op te trekken als de context waarin ze zich bevindt, vrijwel geheel geseculariseerd is. In dat opzicht gaat de christelijke gemeente een spannende tijd tegemoet die geloofsmoed en geloofskracht zal vragen. Het kan ook een hoopvoller tijd worden als het gaat om het eenparig getuigenis van allen die Christus van de Vader ontvangen heeft.”

De Christelijke Gereformeerde Kerken zien „weinig perspectief” op het komen tot kerkelijke eenheid met de Gereformeerde Gemeenten. De gesprekken tussen beide kerkverbanden worden voortgezet „om de tot nu toe gevonden herkenning vast te houden en zonodig actuele ontwikkelingen gezamenlijk te bespreken.”

Deputaten eenheid van de gereformeerde belijders in Nederland gaan samen met deputaten kerkrecht en kerkorde onderzoeken of het „principieel en kerkrechtelijk” mogelijk is om niet-christelijk gereformeerde ambtsdagers van samenwerkingsgemeenten af te vaardigen naar classisvergaderingen. De generale synode van 2013 zal zich over hun voorstel buigen.

Deputaten eredienst gaan werken aan nieuwe liturgische formulieren voor het doen van openbare geloofsbelijdenis, voor de doop van volwassenen, voor de bevestiging van predikanten en voor de bevestiging van ouderlingen en diakenen. Het formulier voor het uitsluiten en weer opnemen van tuchtwaardige leden van de gemeente krijgt een taalkundige herziening.

De synode stelde twee concept-avondmaalsformuleren definitief vast en gaf die vrij voor gebruik in de kerken. Deze zullen, na enkele aanpassingen, in een publicatie beschikbaar worden gesteld, evenals de nieuwe formulieren als zij klaar zijn.

Deputaten zullen de kerken een handreiking doen toekomen over invloed van de cultuur op de liturgie. Ze zien de eredienst als een ontmoeting van God en Zijn gemeente, die door Hem is samengeroepen. „God komt in Zijn Woord en de gemeente mag in die ontmoeting op verschillende wijze reageren (antwoorden).” Dat is volgens hen het criterium voor de invulling van de eredienst.

Deputaten nemen een „uiterst kritische houding” in tegenover de belevingscultuur. „Het verlangen naar beleving is in de huidige cultuur sterk materieel gericht en wordt bepaald door goede gevoelens. Het moet vooral leuk, ”cool” zijn. (…) Beleving is theologisch geen neutraal verschijnsel. Wezenlijk voor het christelijk geloof is leven van de verzoening.”

Deputaten pleiten niet voor aparte diensten voor bijvoorbeeld jongeren. „Bij alle diversiteit is ons de opdracht gegeven elkaar te aanvaarden zoals Christus ons aanvaard heeft. Het is de kunst om een goede mix te vinden, waarbij zowel ouderen als jongeren zich herkenbaar kunnen uiten.”

De generale synode ging ook akkoord met de notitie ”Kerk en overheid in de postmoderne samenleving”, opgesteld door deputaten contact met de overheid. Daarin staat de vraag centraal hoe de kerk zich moet opstellen jegens overheid en samenleving.

Deputaten constateren dat de kerk naar de rand van de samenleving is gedrongen. Volgens hen moet de kerk in het contact met de overheid „terughoudend” zijn in haar spreken. „Zij spreekt alleen als zij niet kan zwijgen: wanneer het het om belangrijke principiële kwesties gaat.”

Deputaten adviseren de kerken goede contacten te onderhouden met plaatselijke overheden en deel te nemen aan overlegorganen. Ze worden opgeroepen diaconaal betrokken te zijn en voor de overheden en maatschappelijke problemen te bidden.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer