Het SCSL zou daarmee het eerste van de tijdelijke internationale hoven voor oorlogsmisdaden zijn dat zijn werk afrondt. Het Joegoslavië-Tribunaal in Den Haag en het Rwanda-Tribunaal in Arusha in Tanzania, die eerder begonnen, zijn dan nog lang niet klaar.

Het SCSL heeft nu nog maar één proces lopen, tegen ex-president Charles Taylor van Liberia. Kamanda verwacht de uitspraak in eerste aanleg in juni 2011 en die in hoger beroep in december 2011.

Het SCSL zetelt in de Sierra Leoonse hoofdstad Freetown, maar uit bezorgdheid over de politieke stabiliteit in West-Afrika besloot de VN-Veiligheidsraad de Taylorzaak over te hevelen naar Nederland. De zittingen werden van 2006 tot mei dit jaar gehouden in een rechtszaal van het Internationaal Strafhof (ICC) in Den Haag. Toen ‘verhuisde’ het proces naar de rechtszaal van het Hariri-Tribunaal in Leidschendam. Taylor is het tweede voormalige buitenlandse staatshoofd dat in Nederland wordt berecht voor een internationaal tribunaal, na ex-president Slobodan Milosevic van Joegoslavië.

Het SCSL wordt gefinancierd door vrijwillige bijdragen van VN-lidstaten. Naast de VS en Groot-Brittannië behoort onder meer Nederland tot de donoren. Het hof heeft voor dit jaar een begroting van meer dan 20 miljoen dollar.

Het is de bedoeling dat uiteindelijk slechts één internationaal hof voor oorlogsmisdaden overblijft, het permanente Internationaal Strafhof (ICC) in Den Haag.