Langspaarder profiteert van concurrentie
AMSTERDAM (ANP) – De consument, die spaart voor de oude dag of het aflossen van een hypotheek, lijkt te profiteren van de toegenomen concurrentie tussen enerzijds levensverzekeraars en anderzijds banken en beleggingsinstellingen, schrijft De Nederlandsche Bank (DNB) woensdag in zijn kwartaalbericht.
Nederlanders leggen elk jaar met steun van de fiscus miljarden euro’s opzij om zelf te sparen voor de oude dag of voor de aflossing van een hypotheek. Ze kunnen daarvoor terecht bij levensverzekeraars, maar sinds 2008 dankzij de Wet Banksparen ook bij banken en beleggingsinstellingen. Volgens DNB zijn de banken sindsdien in opmars en staat de winstgevendheid van de levensverzekeraars onder druk.
Door de Wet Banksparen, volgens DNB overigens een misleidende term, gingen banken en verzekeraars producten aanbieden die sterk op elkaar lijken. De snelle opmars van „banksparen” ging gedeeltelijk ten koste van traditionele verzekeringsproducten. Eind 2008 was het totale saldo van bankspaarrekeningen nog 0,6 miljard euro, maar eind vorig jaar was dat al opgelopen tot 2,6 miljard euro. Het ging toen om ongeveer 120.000 „hypotheekrekeningen” en nog eens 120.000 „pensioenrekeningen”.
Volgens DNB is tegelijkertijd een daling te zien bij de levensverzekeraars. „Het ligt in de rede dat de groeiende populariteit van banksparen hierin een rol speelt.” De totale markt van wat genoemd wordt fiscaal gefaciliteerde vermogensvorming lijkt ongeveer gelijk te blijven. Bij de daling van de productie van levensverzekeraars speelt waarschijnlijk ook de economische terugval en het gedaalde vertrouwen als gevolg van de woekerpolisaffaire een rol.
De opkomst van het banksparen kan de banken helpen eenvoudiger te voldoen aan nieuwe hogere liquiditeitseisen, die het gevolg zijn van nieuwe internationale richtlijnen uit het zogeheten Basel III-akkoord, aldus DNB.