De slachtoffers waren in november 2009 onderweg om een rivaal van de Ampatuanclan in te schrijven voor gouverneursverkiezingen in de zuidelijke provincie Maguindanao, die dit jaar zijn gehouden. Een grote groep gewapende mannen overviel hen, voerden hen weg en slachtte hen af. Onder de slachtoffers waren zwangere vrouwen en meer dan dertig journalisten.

Het Openbaar Ministerie stelt dat Ampatuan junior de massamoord heeft georganiseerd en dat hij zelf ook een aantal mensen heeft doodgeschoten. In totaal zijn 196 personen aangeklaagd in verband met de moordpartij. Naast Ampatuan junior staan woensdag ook zestien politieagenten in het beklaagdenbankje.

De berechting van de verdachten verloopt moeizaam. Volgens de mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch zijn al zeker vijf voormalige werknemers van de Ampatuanclan vermoord sinds vorig jaar november. Deze personen waren op de hoogte van de planning en uitvoering van het bloedbad, en hadden een rol kunnen spelen als getuige tegen hun vroegere werkgevers.

De Ampatuanclan ontkent achter de moorden te zitten. Zes leden van de familie worden vervolgd, onder wie Andal, die ten tijde van de moordpartij burgemeester was van een gemeente in Maguindanao. Waarnemers vrezen dat de rechtszaak tegen de verdachten jaren kan gaan duren.

De Ampatuanclan gold jarenlang als een belangrijke bondgenoot van de Filipijnse president Gloria Arroyo, die eind juni werd opgevolgd door Benigno Aquino. De regering van Arroyo voorzag de Ampatuans van wapens en stond toe dat de clan gewapende milities had. Het kamp van de president zag de Ampatuans als bondgenoten in de strijd tegen separatistische moslimrebellen in het zuiden van de Filipijnen. De autoriteiten negeerden de vele mensenrechtenschendingen waarvoor de clan verantwoordelijk was, tot het bloedbad van eind vorig jaar.