„Nationale politie vergroot slagvaardigheid”
TILBURG – Een nationale politie vergroot de „strategische slagvaardigheid” van de sterke arm, zegt politiekenner prof. dr. Pieter Tops. „In het huidige bestel is het veel te ingewikkeld om interessante innovaties in de regio in het hele land in te voeren.”
Moet het politiebestel op de schop? De discussie over een nationale politie, die de huidige 25 regiokorpsen zou moeten vervangen, is weer opgelaaid. VVD, CDA en PVV zouden tijdens de formatiebesprekingen aankoersen op een ministerie van Veiligheid, waar de nationale politie onder valt.
Harm Brouwer, topman van het openbaar ministerie, draagt een nationale politie een warm hart toe. Die kan de georganiseerde criminaliteit beter te lijf dan een versnipperd politieapparaat, denkt hij. Hij bepleit een stelsel van tien regionale eenheden.
Burgemeesters zien de nationale politie niet zitten. Ze zouden minder te zeggen krijgen over de politie-inzet op lokaal niveau. De burgervaders krijgen bijval van de Rotterdamse politiewetenschapper dr. Lex Cachet. De bestuurskundige aan de Erasmus Universiteit Rotterdam zei gisteren in deze krant te vrezen dat met een nationale politie de bestrijding van lokale criminaliteit en overlast in het gedrang komt.
Prof. dr. Pieter Tops, bestuurslid van de Politieacademie en hoogleraar bestuurskunde aan de Universiteit van Tilburg, juicht de komst van een nationale politie toe. „De politietop heeft de dominante overtuiging dat een nationale politie meer professionele kwaliteit zal opleveren. Ik ben het daarmee eens. We winnen aan strategische slagvaardigheid. In het huidige bestel met 25 verschillende regiokorpsen is vaak sprake van een voortdurend overlegcircuit. Het duurt lang voordat er beslissingen worden genomen.
Ik denk bijvoorbeeld aan projecten binnen een regio waarbij burgers betrokken worden bij opsporing via bijvoorbeeld twitter of hyves. Het zou mooi zijn om in heel Nederland van die middelen gebruik te maken. Nu levert dat veel ingewikkeld overleg op. „Bij ons gaat dat niet werken”, zegt iemand uit een andere regio. Bij een nationale politie kunnen beslissingen sneller tot stand komen.”
Dat de bestrijding van lokale criminaliteit en onveiligheid met een nationale politie in de knel komt, ziet Tops niet zomaar gebeuren. „Burgemeesters houden zeker bevoegdheden om politie in te zetten voor de handhaving van de openbare orde op plaatselijk niveau. De politie moet in de haarvaten van de samenleving zitten, verankerd zijn in lokale gemeenschappen.”
Hooligans
De bestuurskundige benadrukt dat landelijke, georganiseerde misdaad en lokale criminaliteit of overlast de laatste jaren steeds meer in elkaar overlopen. Dat betekent dat de opsporingstaken én het werk op het gebied van de handhaving van de openbare orde veel meer dan voorheen met elkaar verweven zijn, stelt Tops.
„Landelijke, georganiseerde criminaliteit heeft vertakkingen op lokaal niveau. Onderzoek in Noord-Brabant wijst uit dat bijvoorbeeld overlast in een stad een link kan hebben met georganiseerde criminaliteit. Denk aan jongeren die op straat met drugs bezig zijn en in de buurt voor overlast zorgen. Zij kunnen als drugsrunners voor grotere criminele groeperingen actief zijn. Eenzelfde verhaal geldt voor hooligans. Ze veroorzaken problemen op lokaal niveau, tijdens een bepaalde wedstrijd. Tegelijkertijd maken die hooligans deel uit van een samenwerkingsverband dat de lokale grenzen overschrijdt.”
Wagenpark
De vrees van politiewetenschapper Cachet dat een reorganisatie zich jarenlang voortsleept, is een „terechte zorg”, denkt Tops. Al te optimistische verhalen over de nationale politie wil hij temperen. „We moeten ons niet te rijk rekenen met de gedachte dat een landelijk gestuurd beleid op het gebied van bijvoorbeeld wagenpark, ict en personeelsbeleid ons ineens veel geld oplevert. Die veranderingen zullen niet van de ene op de andere dag tot stand komen.
Ook denk ik niet dat de nationale politie veel meer succes boekt in de strijd tegen de georganiseerde misdaad. OM-topman Brouwer zegt dat de politie in het huidige bestel nu maar een op de vijf criminele groeperingen kan aanpakken. We moeten echter niet denken dat de nationale politie ervoor zal zorgen dat ineens vier op de vijf bendes worden ingerekend. Als er verder niets verandert, zal dat echt niet gebeuren.”
Dit is het laatste deel in een tweeluik over de nationale politie.