Ban geschokt door ramp in Pakistan
ISLAMABAD (ANP) – Secretaris-generaal Ban Ki-moon van de Verenigde Naties (VN) heeft zondag het door overstromingen getroffen Pakistan bezocht. Hij zei nooit een grotere ramp te hebben gezien dan deze. Hij riep de wereld op om snel met hulp over de brug te komen voor de twintig miljoen mensen die getroffen zijn door de humanitaire ramp.
Ban zei dat hij snel de Algemene Vergadering van de VN van de situatie in het land op de hoogte wil stellen. Ook probeert hij alle noodzakelijke bijstand spoedig op gang te brengen, zei hij op de militaire luchthaven Chaklala bij Islamabad.
De VN hebben de lidstaten gevraagd om meer dan 350 miljoen noodhulp voor het Zuid-Aziatische land, maar daarvan is nog maar een klein deel toegezegd. De terughoudendheid van regeringen wordt mede veroorzaakt door corruptie in Pakistan. Eerdere hulpgelden voor de Pakistaanse overheid zouden deels aan de strijkstok van ambtenaren zijn blijven hangen of voor andere projecten zijn gebruikt. Op de lange termijn zijn echter miljarden nodig voor de wederopbouw van weggespoelde dorpen, wegen, bruggen en landbouwgrond.
Ban sprak met president Asif Ali Zardari en premier Yousuf Raza Gilani, vloog over het rampgebied in de provincie Punjab en sprak in een opvangkamp in de stad Muzaffargarh met getroffen mensen. Al een persoon is overleden aan cholera in Mingora in de noordwestelijke Swatvallei. Tienduizenden mensen lijden aan acute diarree. Uit angst voor de ziekte past de VN haar aanpak in het rampgebied aan. Hulpverleners behandelen ieder geval van acute diarree voortaan alsof het een cholerabesmetting is. „We suggereren niet dat iedereen met acute diarree lijdt aan cholera, maar cholera is zeker een zorg en daarom vergroten wij onze inspanningen om de ziekte te bestrijden”, aldus een VN-woordvoerder.
Volgens de autoriteiten is een kwart van het Zuid-Aziatische land getroffen door de ramp die werd veroorzaakt door hevige moessonregens. Nog steeds regent het. De zwaarst getroffen gebieden liggen in het noordwesten. Ook de rijkste gebieden waar de belangrijkste landbouw plaatsvindt, de provincies Punjab en Sindh in het oosten, hebben zwaar te lijden onder de ramp. Miljarden aan landbouwopbrengsten zijn verwoest.
Zeker zes miljoen mensen hebben onmiddellijk humanitaire hulp nodig om te kunnen overleven. In het noordelijke, moeilijk toegankelijke district Kohistan stierven zondag vijf kinderen door honger. Het dodental door de ramp staat volgens de Pakistaanse autoriteiten op circa 1400 mensen.
Nog duizenden mensen zitten vast in hun huizen te wachten op evacuatie. Het gaat vooral om vrouwen en kinderen, die niet naar het droge kunnen zwemmen. De mannen brengen ze af en toe voedsel, zodat ze kunnen overleven, zei een woordvoerster van het Rode Kruis, die afgelopen week ter plekke was.
Verder naar het zuiden worden drie dammen bedreigd door het water. De bouwwerken kunnen het hoge water voorlopig nog tegenhouden, maar er wordt gewaarschuwd voor een nieuwe golf hoogwater, aldus de woordvoerster.