Nieuwe grondwet moet van Kenia een natie maken
NAIROBI – De inwoners van het Afrikaanse land Kenia stemmen morgen over een nieuwe grondwet die van hun land een natie moet maken. De voorgestelde constitutie stuit echter ook op felle weerstand, onder meer vanuit de kerken. Zij vrezen openheid voor abortus en bevoordeling van de islam.
Geen make-up, maar een totale make-over. Dat is wat de voorliggende grondwet wil, aldus een omvangrijke advertentie van een groep juristen in de grote Keniaanse kranten van de afgelopen weken. De nieuwe constitutie zal de manier waarop Kenia geregeerd wordt „totaal veranderen”, aldus de tekst. Dat wil zeggen: meer transparantie, gespreide verantwoordelijkheid, minder macht voor de president.
Voor- en tegenstanders (”groen” en ”rood”) van de grondwet halen alles uit de kast om de bevolking in hun kamp te krijgen. In Nairobi werden er verschillende grote campagnemeetings van beide kampen gehouden, maar de standpunten worden ook uiteengezet via brochures, websites en spotjes op de nationale televisie. Ook spontaan opgerichte pro- en contrabewegingen en andere belangengroepen doen een duit in het zakje.
Het referendum over de nieuwe grondwet is een onderdeel van het akkoord dat bereikt werd na de dramatisch verlopen verkiezingen van december 2007, waarbij zeker 1500 doden vielen. De bevolkingsgroepen Kalenjin, Luo en Kikuyu stonden elkaar wekenlang naar het leven in een strijd die oppervlakkig gezien om de poppetjes op het regeringspluche draaide. De bron van de eigenlijke wrevel lag echter veel dieper: bij armoede en diepgewortelde frustratie rond landkwesties.
Kenia stond tot december 2007 te boek als een stabiel land, maar in feite zorgden de landkwesties al sinds de onafhankelijkheid van 1963 voor spanningen. Vanaf het eerste begin beheersten Kikuyu, het volk van de huidige president Mwai Kibaki, de handel en namen zij veel land in bezit dat oorspronkelijk werd bewoond door Masaai en Kalenjin. De laatste groep heeft nog altijd een rekening met de Kikuyu te vereffenen. De confrontatie van 2007 was zeer ernstig, maar zeker niet de eerste.
Bij de vredesbesprekingen werd dan ook bepaald dat landhervormingen een grote prioriteit moesten krijgen, om te voorkomen dat het iedere volgende verkiezingen weer raak zou zijn. De voorgestelde grondwet wil daarvoor de juridische basis scheppen door een landcommissie in te stellen, die onder meer bevoegd is illegaal verkregen land terug te geven.
Ook op andere punten was de huidige grondwet, waarvan delen nog uit de koloniale tijd stammen, echter nodig aan herziening toe. Een veelgehoorde klacht in regio’s buiten Nairobi is dat de regering zich nauwelijks lijkt te bekommeren om ‘de provincie.’ De conceptgrondwet beperkt de macht van de president echter en legt meer verantwoordelijkheden bij lokale leiders en gouverneurs. Bovendien komt er een Senaat, die het werk van president en parlement kan beoordelen. Daarnaast wordt er een maximum van 22 ministers vastgesteld, en kunnen parlementariërs naar huis gestuurd worden als ze hun werk niet goed verrichten.
De nieuwe grondwet lijkt in democratisch opzicht dus een belangrijke stap vooruit. Toch is er ook een sterke nee-campagne aan de gang tegen het concept, onder leiding van minister van Hoger Onderwijs William Ruto. Hun belangrijkste bezwaar? De „aanstootgevende” paragrafen over landhervorming. Volgens Ruto en de zijnen krijgt de landcommissie veel te veel macht. „Dit is een recept voor toekomstige confrontaties over land”, aldus het nee-kamp in een officiële verklaring.
Ruto is niet geheel toevallig een Kalenjin en heeft ook de hoogbejaarde maar vitale oud-president Daniel arap Moi, een volksgenoot, in zijn kamp gekregen. In een recent interview met de Keniaanse krant Sunday Nation noemde Ruto de suggestie dat zijn makkers vooral hun eigen gestolen land wilden verdedigen echter „een regelrechte leugen.” Ruto geeft aan geen problemen te hebben met de teruggave van illegaal verkregen grond, maar vreest dat ook legaal bezit zomaar afgepakt kan worden.
In het nee-kamp bevinden zich echter ook opvallend veel kerkelijke vertegenwoordigers. Zij maken zich zorgen over de positie van het christendom in Kenia. Volgens hen zou de islam in het grondwetsontwerp bevoordeeld worden, mede omdat daarin ruimte wordt geschapen voor de zogenoemde kadhigerechtshoven. Daar mag islamitisch burgerlijk recht gesproken worden, overigens alleen als de betrokken moslim daar zelf mee instemt. Verder zou de nieuwe grondwet evangelisatie aan banden leggen en seculiere inmenging in kerkelijke aangelegenheden makkelijker maken.
Een belangrijk breekpunt voor de kerkleiders is bovendien een passage over abortus. De nieuwe grondwet verbiedt abortus en stelt bovendien dat elke leven vanaf de conceptie beschermwaardig is, maar maakt een uitzondering voor het geval het leven van de moeder in gevaar is. In die omstandigheid mag de behandelend arts besluiten tot abortus. Een groep (vooral pinkster)kerkleiders denkt dat daarmee de deur wordt opengezet voor willekeur. In de grote kerken, de Rooms-Katholieke en de Anglicaanse Kerk, zijn de meningen verdeeld.
Hoewel alle peilingen op winst voor het ja-kamp wijzen, houden de tegenstanders de moed erin. „Toen we begonnen, waren we met weinigen, maar God heeft een sterk leger van supporters opgebouwd dat de verdorven grondwet woensdag zal neersabelen”, aldus Ruto zondag tijdens een campagnebijeenkomst in Nairobi. „Wij in het Rode Kamp hebben God aan onze kant”, weet een lezer op de website van de krant Daily News bovendien te melden.
De eerste zorg voor de regering is vooralsnog dat het referendum en de aankondiging van de uitslag daarvan, vrijdag, rustig verlopen. Het gaat onder meer over land, dus de onrust ligt op de loer.