NAVO-chef Anders Fogh Rasmussen toonde zich iets voorzichtiger. Als het gezag wordt overgedragen aan de Afghaanse autoriteiten, moet dat gebeuren op basis van „de omstandigheden en niet van kalenders”, zei hij in zijn rede. Na de overdracht van het gezag blijven de buitenlandse militairen in Afghanistan om het nationale leger te ondersteunen, voegde hij eraan toe.

De banden tussen Karzai en het Westen zijn de laatste tijd verslechterd, onder meer door de omstreden presidentsverkiezingen van vorig jaar. Karzai werd toen herkozen, maar volgens de kiescommissie gebeurde dat na ernstige fraude. Bovendien stijgt het aantal gesneuvelde buitenlandse militairen snel, waardoor de animo om te vechten daalt. Diverse landen zinspelen op een vertrek of hebben al besloten hun troepen terug te trekken.

In zijn toespraak probeerde Karzai de toehoorders voor zich te winnen. „Ons stelsel is sterk en wordt steeds beter. We zijn vastbesloten om samen te werken met geldschieters, zodat zij het vertrouwen krijgen dat nodig is”, aldus de president.

De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Hillary Clinton prees het werk dat de Afghaanse regering de laatste tijd heeft gedaan, „vooral om het leiderschap te verbeteren.” Toch moet de regering nog veel meer werk verrichten om het land te stabiliseren, aldus de bewindsvrouw. Clinton benadrukte dat de internationale gemeenschap resultaten verwacht van Afghanistan in de aanpak van corruptie.