Centrum van Duits verzet
Vanuit het Bendlerblock had men willen afrekenen met Hitler. Maar de bedenkers van de staatsgreep werden dezelfde dag nog op de binnenplaats van de kazerne gedood. Vandaag is het museum het centrum van de nagedachtenis aan het verzet tegen de nazi’s.
Kolonel Claus von Stauffenberg telefoneerde driftig naar alle uithoeken van het Duitse rijk. Tientallen officieren hadden hun medewerking toegezegd aan de ”Operatie Walküre”, maar waarom kwam zij nu maar zo traag op gang? Het was toch duidelijk dat de bom die hij die ochtend in de vergadering met de Führer had achtergelaten, dodelijk was geweest?
Maar hoe Stauffenberg ook volhield dat Hitler dood was, hij slaagde er niet in de twijfel weg te nemen. Iedereen bleef maar aarzelen. Want er bleven berichten binnenstromen dat de Führer helemaal niet dood was, maar slechts enkele schrammen had opgelopen.
Kolonel Von Stauffenberg moet zich hebben verbeten. Zodra Hitler zelf voor de radio kwam, moest ook hij toegeven: de bom die hij die ochtend had geplaatst, had zijn doel gemist.
Meubilair
Prof. Johannes Tuchel laat zien waar het kantoor van graaf Von Stauffenberg was. Maar die is niet meer herkenbaar en deel geworden van het museum. Aan de muur hangt nog een vage foto van de oorspronkelijke toestand van de kamer. „We weten niet precies hoe hij er uitzag. Bovendien is het meubilair verdwenen”, zegt de museumleider.
Het accent in het museumgedeelte van het Bendlerblock (zie kader) ligt natuurlijk op de mislukte aanslag en staatsgreep op 20 juli 1944. Iedereen die daarbij betrokken was, komt in de tentoonstelling uitgebreid aan bod. Tuchel: „Uiteindelijk ging het maar om een heel gering aantal mensen. Dat zie je ook wel aan Stauffenberg zelf. De man die de uiteindelijke leiding had, moest zelf ook de bom plaatsen.”
Het was een coup die vooral steun vond in het middenkader van de Duitse Wehrmacht. „Hoge officieren wilden er niets mee te maken hebben”, stelt Tuchel. „Het waren meer de kolonels die hun nek uitstaken. Van de generaals zaten er maximaal tien in het complot.”
Ondanks het geringe aantal betrokkenen bij de staatsgreep, werden er na 20 juli 1944 toch nog 600 mensen gevangengenomen. „Vergeet niet dat daaronder ook veel familieleden waren. Zoals de vrouw en kinderen van Stauffenberg. Van alle arrestanten hebben er 110 de doodstraf gekregen. Bij iets wat zo’n grote operatie had moeten zijn, is dat natuurlijk niet veel.”
Rooms-katholiek
De Gedenkstätte Deutscher Widerstand (GDW) in het Bendlerblock beperkt zich echter niet tot de mislukte aanslag in 1944. „Alles wat zich maar enigszins tegen Hitler heeft gekeerd, is het waard om te worden gedocumenteerd”, legt prof Tuchel uit.
Hij wandelt naar een volgende zaal. Die is gewijd aan het christelijk verzet tegen Hitler. Daartoe behoorde de kring rond graaf Von Stauffenberg niet, verzekert de directeur. „Stauffenberg was wel rooms-katholiek, maar verzette zich tegen Hitler om de vele oorlogsmisdaden.”
Tuchel wijst op het portret van iemand die wel duidelijk christelijk gemotiveerd was; Hans-Bernd von Haeften (1905-1944). Hij was de broer van Werner, die als adjudant van kolonel Von Stauffenberg betrokken was bij de staatsgreep. Hans-Bernd behoorde tot de zogenaamde Kreisauer Kreis, een groep van roomsen en protestanten die kritisch stonden tegen het regime. Ook had hij contact met de bekende theoloog Dietrich Bonhoeffer.
„Wilt u meer over Von Haeften weten?” vraagt Tuchel, terwijl hij een map uit een kast haalt. „Bezoekers kunnen hier niet alleen portretten bekijken, maar in de mappen ook meer achtergronden naspeuren.”
Hij bladert en wijst op de afscheidsbrief die Hans-Bernd in augustus 1944 schreef. Ik heb „alles ondernomen om goed te doen voor God”, schreef hij daarin. „De gebroeders Von Haeften waren opgevoed in een liberaal-conservatief christelijk milieu”, aldus Tuchel.
Verraders
De hoogleraar-directeur neemt plaats in zijn ruime, maar eenvoudige kamer. „Ons museum is het centrum van de herinnering aan het verzet tegen Hitler”, claimt hij. „Logisch ook, want aan deze plek kleven de meeste herinneringen van verzet tegen het nationaalsocialisme.”
Tuchel geeft toe: „Het verzet tegen Hitler kwam van een heel kleine minderheid. De brede erkenning die het vandaag heeft, liet ook lang op zich wachten.”
Toen in 1953 op de binnenplaats van de kazerne een monument werd geplaatst, was dat daarom ook niet onomstreden. „In de jaren vijftig werden de verzetsstrijders nog vrij algemeen als verraders gezien. Er kwam hier immers geen ander volk dan het Duitse. In 1968 is hier een keer een kleine expositie geweest, maar het heeft tot 1989 geduurd voordat het een grote tentoonstelling werd.”
Tuchel pakt er een paginagroot artikel bij dat hij in januari 2009 in Die Zeit schreef. Daarin beschrijft hij dat er –ook nu, na meer dan 65 jaar– nog steeds geen officiële gedenkdag is voor het Duitse verzet, hoewel 20 juli officieus wel min of meer zo functioneert. „Dat geeft aan dat we er nog niet helemaal mee klaar zijn.”
Toch merkt hij weinig meer van weerstand tegen Stauffenberg en zijn coupplannen. „Het verzet is inmiddels onomstreden. Dat bleek al in 2004 uit een opiniepeiling. Slechts weinigen zullen nog zeggen dat Stauffenberg een „kameradenmoordenaar” was. Maar tot in de jaren negentig kregen wij hier brieven met kritiek.”
De Gedenkstätte heeft over bezoekers niet te klagen, zegt Tuchel. „De interesse stijgt. Vorig jaar hadden we 116.000 bezoekers. De internetpagina wordt nog veel vaker geraadpleegd.”
Daar is hij blij mee. „Het verzet bestond maar uit een paar mensen, maar met grote politiek-morele betekenis.”
Bendlerblock
De Gedenkstätte Deutscher Widerstand (GDW) probeert te laten zien hoe in de jaren van het naziregime (1933-1945) enkelingen en (kleine) groepen hebben geprobeerd zich tegen Hitler te verzetten.
Op de binnenplaats in het kazernegebouw van het Bendlerblock staat een bescheiden monument: – een bronzen beeld van een naakte man. In de muur zit een plaquette met daarop de namen van de mannen die hier op de avond van 20 juli 1944 zijn gefusilleerd. De belangrijkste is natuurlijk kolonel Claus graaf von Stauffenberg (1907-1944).
Het museum binnen is even bescheiden (ongeveer 1200 vierkante meter). GDW beschikt ook over een van de omvangrijkste bibliotheken over het nationaalsocialisme in Duitsland. Sinds kort besteedt GDW met het project Stille Helden ook aandacht aan het verzet tegen de Jodenvervolging.
De tentoonstelling is in het Duits. Er is wel een audiotour door de expositie, maar die is alleen in het Engels beschikbaar. Er is nog te weinig belangstelling uit het buitenland om die bijvoorbeeld ook in het Nederlands beschikbaar te stellen.
Toegang tot het museum is gratis, evenals rondleidingen voor groepen. In principe is de tentoonstelling de hele week open.