In een verklaring stelde de vijftien leden tellende Veiligheidsraad unaniem „ernstig bezorgd” te zijn over de resultaten van een internationaal onderzoek dat heeft uitgewezen dat Noord-Korea het schip op 26 maart met een torpedo tot zinken heeft gebracht. Daardoor kwamen 46 zeelieden om. Het regime in Pyongyang ontkent iets van doen te hebben met het zinken van de korvet Cheonan.

Onderhandelingen over de verklaring namen weken in beslag. Peking wilde niet dat Noord-Korea in de verklaring als schuldige zou worden aangewezen. Volgens waarnemers vreesde de Chinese regering invloed in Pyongyang te verliezen als Noord-Korea zou worden veroordeeld. China is permanent lid van de Veiligheidsraad en heeft vetorecht.

Eerder op de dag verklaarde Noord-Korea bereid te zijn tot militair overleg met de Verenigde Staten over het zinken van de Cheonan. Het Noorden had eerder laten weten alleen met het leger van Zuid-Korea over het incident te willen spreken. Dat weigert Seoul. De Zuid-Koreanen willen de zaak alleen voorleggen aan het VN-commando dat toeziet op de wapenstilstand tussen beide landen.

Het VN-commando staat onder bevel van de VS, een bondgenoot van Zuid-Korea. Tot dusver weigerde de regering in Pyongyang met dit commando te praten, maar ze lijkt nu haar standpunt te hebben gewijzigd.