De Jager houdt vertrouwen in DNB
DEN HAAG (ANP) – Minister van Financiën Jan Kees de Jager houdt vertrouwen in de directie van De Nederlandsche Bank (DNB). Dat zei hij dinsdag bij de overhandiging van het rapport van de commissie-Scheltema die de ondergang van DSB Bank onderzocht. Volgens de minister is de centrale bank bereid om het eigen beleid te hervormen.
In het onderzoeksrapport krijgt DNB flinke kritiek op de manier waarop toezicht werd gehouden op de weinig professioneel geleide DSB Bank. Volgens de commissie had DSB Bank nooit een vergunning mogen krijgen. Het rapport kan volgens De Jager dan ook niet zonder gevolgen blijven. „De commissie doet in haar rapport stevige aanbevelingen en trekt stevige clonclusies. En dat vraagt dus om een stevig vervolg.”
De Jager stelt dat het gebrekkige beleid van DSB de bank in de problemen heeft gebracht. „DSB draagt voor de ondergang van de bank zelf de verantwoordelijkheid.”
De minister wil de wettelijke mogelijkheden voor het ministerie van Financiën om toezicht te houden op de besluitvorming bij DNB, verruimen. DNB zal zelf op korte termijn een plan van aanpak maken om de interne cultuur te veranderen, zo kondigde De Jager aan. Ook moet het toezichtsbeleid van DNB en de Autoriteit Financiële Markten (AFM) vaker aan een evaluatie door onafhankelijke buitenstaanders worden onderworpen.
Volgens De Jager worden zijn conclusies gedeeld door de leiding van DNB. „De conclusies die ik verbind aan dit rapport, worden door de directie van DNB onderschreven. Het feit dat de toezichthouder lessen wil trekken uit de geschiedenis van DSB en het toezicht in gevallen als deze ook daadwerkelijk effectiever wil maken, maakt dat ik het volle vertrouwen kan hebben in de directie van DNB.”
Volgens De Jager trachtte DNB met het verlenen van een bankvergunning aan DSB Bank de hele DSB Groep „inclusief de leiding” onder toezicht te stellen. „Terugkijkend had die vergunning niet verleend mogen worden. Maar ook met de wetenschap van toen had het anders gemoeten. Zo was het beter geweest als striktere voorwaarden waren gesteld”, aldus de minister. „DNB heeft het toezicht in de loop van de jaren verscherpt. Maar DNB had indringender en effectiever moeten optreden. Maar we moeten niet vergeten dat het allereerst de verantwoordelijkheid van DSB was om de noodzakelijke aanpasssingen te doen.”