Ds. Hendrikse zei dat hij tijdens lezingen nogal eens opmerkingen kreeg over de persoon van Jezus: „Of ik dan wel in Hem geloofde en op welke manier.” Daarom is hij nu bezig met de voorbereidingen voor een nieuw boek.

De Middelburgse predikant verwekte veel onrust in de Protestantse Kerk in Nederland met zijn boek ”Geloven in een god die niet bestaat”. In dat boek stelt hij dat God niet bestaat maar wel gebeurt. De classis Zierikzee besloot in februari een advies van het regionale college voor de visitatie over te nemen en geen procedure te beginnen tegen ds. Hendrikse. Het spreken over God komt in het najaar op de agenda van de synode.

Rammelen

Ds. Hendrikse vertelde in de Houtrustkerk over de moeizame totstandkoming van zijn boek en de al even moeilijke weg naar de verschijning ervan. Uitgevers zagen er eerst geen brood in. Toen het boek er eenmaal was, ging het snel. Het doel van het boek was volgens hem om „twijfelaars binnen en buiten de kerk te helpen, maar ook om te rammelen aan de hekken van de kerk.” Dat rammelen deed hij „uit zorg voor de kerk die een middeleeuwse uitstraling heeft en daardoor mensen van zich vervreemdt.”

De predikant is „dankbaar” voor het grote bereik van het boek, dat inmiddels zijn dertiende druk heeft beleefd. De heftige reacties uit orthodox-christelijke hoek vindt hij begrijpelijk. „Ze hebben gelijk. Als ze mij er niet uitgooien, met wie moeten ze dat dan wel doen? Als mijn boek niet over de grenzen van het orthodoxe christendom heengaat, welk boek doet het dan wel?” Het valt hem wel op dat zijn opvattingen ook in vrijzinnige kring op weerstand stuitten.

Grimmig

Ds. Hendrikse roemde de kerkenraden van Middelburg en Zierikzee die achter hem stonden, niet omdat ze het in alles met hem eens waren, maar omdat ze hem de maat niet wilden nemen. Zijn brief aan de synode van afgelopen winter, over „dat hij niet meer mee wilde doen”, was voor de synode „een mogelijkheid om mij eruit te gooien”, zei hij. Dat is volgens hem niet niet gebeurd, omdat het tij keerde. De classis besloot geen procedure tegen hem te beginnen.

De predikant noemde de classicale sfeer „grimmig”. Volgens ds. Hendrikse hoort echter niet de classis maar de synode zijn zaak op te pakken, mede omdat er in zijn geval sprake was van twee verschillende classes.

De predikant noemt zijn procedure een „wonderlijke gang van zaken” en een overwinning voor de vrijzinnigheid. Hij hoopt dat de synode in november 
zal uitspreken dat de belijde-
nis­geschriften geen meetlatten zijn, maar bronnen voor het 
geloofsgesprek. Hij hoopt ook 
op een gewijzigde kerkorde.

Tegenwoordig is er veel algemene religiositeit in Nederland, aldus ds. Hendrikse. De toekomst van de kerk zou daarom volgens hem aan de vrijzinnigheid moeten zijn. „Toch lukt het de vrijzinnigheid niet om meer mensen te bereiken. Integendeel, als er niets gebeurt, is het over één of twee generaties afgelopen.”

Mysterie

Ds. Hendrikse gaf aan dat de houding van de kerk daarom radicaal anders moet zijn. Hij stelt voor dat vrijzinnigen God niet meer zullen beschouwen als een wezen, dat ze niet meer zullen bidden en dat ze de bede „genade zij u” niet meer zullen uitspreken. „Dan zijn de vervreemdende elementen eruit.”

Tegen deze opstelling kwam verzet vanuit de vergadering. Een vragensteller zei ds. Hendrikse „net zo intolerant te vinden als een gereformeerde­bonder”, omdat het van hem in de kerk niet over God mag gaan. „Als elk mysterie verdwijnt, is er niets meer.”