„Debat versterkt trends in peilingen”
Verkiezingsdebatten versterken de trends in de peilingen naar de verkiezingsuitslagen.
Dat stelt hoogleraar politicologie K. Aarts van de Universiteit Twente, die over de invloed van campagnes en debatten diverse publicaties schreef.De debatten dragen er volgens hem aan bij dat trends in de eindfase van een campagne zelden nog worden omgebogen. „De komende weken zullen we beelden blijven zien van een zelfverzekerde VVD-leider Rutte en een aarzelende PvdA-lijsttrekker Cohen, met alle gevolgen van dien”, aldus Aarts.
De afgelopen decennia is de invloed van televisiedebatten in Nederland volgens Aarts fors gegroeid. Hij wijst op het eerste Nederlandse televisiedebat uit 1966 onder leiding van het latere LPF-Kamerlid Ferry Hoogendijk, toen journalist bij de AVRO. „Gezeten in schoolbankjes deden de fractievoorzitters van de vijf grootste partijen keurig beurt om beurt hun zegje. Gekscherend sprak men wel van het klasje van Hoogendijk. Anno 2010 is de opzet vooral om er een spannend debat van te maken. Het afnemend gezag van politici speelt daarbij een rol.”
In de aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen op 9 juni gaan diverse debatten over de Nederlandse economie in internationaal perspectief. Aarts: „De meeste kijkers kunnen zich daar moeilijk een voorstelling bij maken. Het thema komt wel inhoudelijk aan de orde, maar wat kijkers vooral oppikken, is hoe politici uit hun woorden komen en hoe alert ze in hun reacties zijn. Die aspecten domineren vervolgens ook de nabeschouwing omdat de reacties van commentatoren, media en kijkers onderling vooral daarover gaan.”
Directeur Carla van Baalen van het Centrum voor Parlementaire Geschiedenis in Nijmegen herkent de trend dat houding en uitstraling van politici steeds belangrijker worden in sommige debatten. „Politici zijn zich daar ook van bewust. Neem het zogeheten premiersdebat van RTL4, van zondagavond. Daarin voegde Cohen zijn collega Rutte op enig moment terecht toe dat hij niet bij een studentendebatingclub was waar iedereen probeert zo lang mogelijk aan het woord te zijn.”
Net als Aarts vindt ook Van Baalen dat veel van de aandacht van commentatoren uitgaat naar secundaire zaken. „Zo nodigde RTL na het lijsttrekkersdebat van zondag een Amerikaanse deskundige uit, die geen Nederlands verstond en de discussie dus niet kon volgen, maar wel commentaar gaf op de manier waarop Rutte zijn lippen bevochtigde. Dat gaat tamelijk ver.
Bovendien is het nog maar de vraag of dat de manier is waarop doorsnee kijkers zo’n debat volgen. Zij letten vooral op of iemand betrouwbaar overkomt. Daarvoor moeten politici vooral zichzelf blijven in plaats van het ene na het andere aangeleerde trucje uithalen.”
De verkiezingsdebatten afdoen als louter spektakel gaat Van Baalen te ver. „De deelnemers moeten laten zien dat ze in staat zijn de standpunten van hun partij helder voor het voetlicht te brengen. Dat blijft hoe dan ook een belangrijke vaardigheid voor volksvertegenwoordigers.
En”, zegt Van Baalen, „hoewel de opzet van de debatten lang niet altijd meer op de inhoud is gericht, blijven ze fragmenten bevatten waarop kandidaten zich diep in hun politieke hart laten kijken. Denk maar aan het moment waarop Cohen in het RTL-debat Wilders voorhield dat je mensen „nooit, nooit en nooit” apart mag zetten vanwege hun geloof. Zo kunnen de debatten toch duidelijk blijven maken waar een politicus ten diepste voor staat.”