Bush en Blair tonen eensgezindheid
De Amerikaanse president George Bush en de Britse premier Tony Blair benadrukten donderdag hun eensgezindheid in de militaire campagne die een eind moet maken aan het regime van Saddam Hussein in Irak.
Bush benadrukte dat de strijd voortgezet zal worden „zolang wij nodig hebben om dat doel te bereiken.” De Britse premier was vol lof over de „vooruitgang die onze troepen al geboekt hebben.”
Beide leiders legden duidelijk verschillende accenten tijdens de persconferentie aan het eind van hun tweedaags beraad in Bush’ presidentiële buitenverblijf Camp David. Bush kan zich een langere militaire campagne veroorloven, gezien de brede steun van de Amerikaanse bevolking voor de strijd in Irak.
Daarom bereidde hij zijn landgenoten voor op een oorlog die mogelijk langer kan gaan duren. Blair heeft thuis te maken met een kritischer publiek en benadrukte daarom de successen die al geboekt zijn. De Britse premier wilde zich tijdens het beraad met Bush meer concentreren op het naoorlogse beleid voor Irak.
Volgens Londen dient de VN daarin een belangrijke rol te spelen. De Amerikanen voelen daar echter weinig voor, maakte minister van buitenlandse zaken Colin Powell eerder deze week al duidelijk tegenover de commissie buitenland van het Huis van Afgevaardigden.
Daarom bleven Bush en Blair na afloop van hun beraad opvallend vaag over dit onderwerp. Wel willen beiden dat het olie-voor-voedselprogramma van de VN voor Irak wordt geactiveerd om een humanitaire crisis te voorkomen. Hierover is donderdag beraadslaagd binnen de VN-Veiligheidsraad in New York.
Volgens de Duitse VN-ambassadeur Günter Pleuger is er overeenstemming over deze kwestie die vandaag formeel goedgekeurd zou kunnen worden.
Na zijn besprekingen met Bush vloog Blair naar New York, waar hij in het VN-hoofdkwartier werd ontvangen door VN-secretaris-generaal Kofi Annan. Los van het olie-voor-voedselprogramma plant de VN een aparte hulpactie voor Irak die op gang moet komen zodra de militaire situatie dat mogelijk maakt.