De populaire Fischer kreeg maar liefst 79 procent van de stemmen. Hij noemde die uitslag „wirklich wunderbar" (echt fantastisch). Barbara Rosenkranz van de rechtse FPÖ bleef steken op 16 procent en voldeed daarmee niet aan de verwachtingen van haar partij die gehoopt had meer dan 30 procent van de stemmen te winnen. Partijleider Heinz–Christian Strache legt de schuld voor het slechte resultaat bij de media. „We hebben een heksenjacht meegemaakt", zei hij.De derde kandidaat, de aartsconservatieve Rudolf Gehring van de christelijke partij CPÖ, kreeg 5 procent. Hij geniet vooral bekendheid om zijn strijd tegen abortus en zijn afkeer van homoseksuelen.

De grootste christendemocratische partij, de conservatieve ÖVP, had niemand kandidaat gesteld omdat Fischer zo populair is. Daardoor was de strijd op voorhand beslist. Dat is vermoedelijk ook de reden waarom de opkomst zo laag is.

Het presidentschap van de alpenrepubliek is een voornamelijk ceremoniële functie. Fischer staat bekend om zijn reislust. In zijn eerste termijn maakte hij 61 buitenlandse reizen. Hij was jarenlang lid van het parlement voor de sociaaldemocratische SPÖ, maar leverde zijn partijkaart in toen hij president werd. Hij geniet brede steun in de politiek. Fischer heeft aangegeven dat hij in zijn tweede en laatste termijn als staatshoofd zich duidelijker zal uitspreken over bepaalde kwesties.

Ruim 6,3 miljoen Oostenrijkers mochten hun stem uitbrengen. Voor het eerst mocht er gestemd worden vanaf 16 jaar. De opkomst in 2004 bedroeg nog bijna 72 procent.