De Urker bezit tegenwoordig een viskraam waarmee hij zijn waar aan de man brengt. ”De Haring Stek” komt in Holten, Hardenberg, Diemen-Zuid, Emmeloord en Hasselt.Waarmee begon jouw ondernemerschap?

„Eigenlijk begon het al toen ik zes was. Ik kocht frisdrank bij de Boni. Met een karretje achter mijn fiets ventte ik vervolgens langs visbedrijven in Urk. Dat heb ik een paar jaar gedaan.

Na een periode bij een zeilmakerij kocht ik op mijn dertiende een ijscokar. Die bouwde ik na een paar maanden om tot een haringkar voor achter mijn fiets. Daar ging ik in mijn vrije uren mee langs de deuren. In Urk en daarbuiten.

Een rasondernemer?

„Ik was en ben een echte doorzetter. Of het nu regende, sneeuwde of hagelde, ik ging mijn klanten langs. Het maakte me niets uit. Tot in Emmeloord heb ik mijn haringen afgeleverd.”

Wanneer was je officieel eigen baas?

„Kort na mijn 16e verjaardag. Je mag niet jonger zijn bij het inschrijven bij de Kamer van Koophandel. Ik wilde toen echt niet meer leren, maar zette me helemaal in voor mijn werk.”

Vonden je ouders dat goed?

„Nee, die vonden het maar niets. Ze waren bang dat ik mezelf tegen zou komen.”

Maar dat viel mee?

„Het ging juist heel goed. Waar ik eerst met de fiets een week over ploeterde, daar was ik met mijn nieuwe brommobiel in drie dagen mee klaar. Ik hield tijd over. Dus begon ik brood in de haven te verkopen en sleet ik levensmiddelen in een bejaardentehuis.

Mijn bedrijf groeide snel. Binnen een jaar had ik een supermarktje overgenomen, had ik een SRV-wagen rondrijden en had ik een eigen viswinkel. Op dat moment werkten er achttien mensen voor me, van wie een groot deel vrijwilligers.”

Een geslaagde onderneming dus?

„Nee, want m’n ouders kregen gelijk. Ik kwam mezelf tegen. Ik ging nadenken: wil ik visboer of kruidenier worden? Vervolgens maakte ik de keus voor de haring, sloot ik de supermarkt en verkocht ik de SRV-wagen. De viswinkel bleef over. Die draaide goed. Toen kwam de klap. De huurbaas zette ons het pand uit. Gewoon op straat. We draaiden net winst. Het had te maken met een milieucontrole, maar ik wijt het ook aan mijn onervarenheid en onwetendheid om bijvoorbeeld goede contracten te maken.”

Wat doet die tegenslag met je?

„Het is heel ingrijpend. Ik had niets meer. Net 18 jaar en dan helemaal failliet. Met 30.000 euro schuld. Zoiets geeft je veel ervaring en maakt je snel volwassen. Gelukkig kon ik al snel voor een schappelijke prijs een viskraam kopen en nu, twee jaar later, zijn mijn schulden inmiddels afgelost.”

Overigens heb ik al eerder tegenslag gehad. Mijn eerste brommobiel met een waarde van 12.000 euro is in vlammen opgegaan. Waarschijnlijk aangestoken.”

Wat is jouw advies aan jonge ondernemers?

„Wees verstandig, je moet niet alles tegelijk willen. Ondernemen brengt veel zorgen en stress met zich mee. Ik was slaaf van mijn bedrijf en heb daarom eigenlijk geen jeugd gehad. Tsja… eigenlijk heb ik die vergooid. Aan de andere kant: als je wilt ondernemen, is het ook een voordeel als je jong bent. Je leert er veel van en hebt enorme ervaring ten opzichte van leeftijdsgenoten.”

Dit is deel drie in een serie over jonge ondernemers. Volgende week deel vier.