„Eindelijk hebben we een president met principes”
De oorlog tegen Irak is volkomen gerechtvaardigd en de Europese kritiek op het Amerikaanse buitenlands beleid is onterecht. Nederlandse immigranten in de VS en hun nazaten scharen zich vierkant achter George W. Bush. „Eindelijk hebben we een president met principes. Hij heeft een eed op de Bijbel gezworen dat hij alles zal doen om zijn land en volk te beschermen.”
Vrijwel alle huizen in het dorpje Wyckoff, enkele tientallen kilometers ten noordwesten van New York, zijn met de Amerikaanse vlag getooid. Evenals na de aanslagen van 11 september 2001, hebben veel Amerikanen de ”Stars and Stripes” uitgestoken om hun steun aan de regering en de soldaten in het Golfgebied te tonen. Ook voor de woning van Edward Nieuwenhuis wappert het driekleurige dundoek. „We zijn altijd nogal vlaggerig geweest, maar je ziet het nu wel veel meer. Het is een teken van solidariteit, van eenheid.”
De 64-jarige arts emigreerde in 1948 vanuit Den Helder naar de Verenigde Staten. Na al die jaren gaat het Engels hem dan ook beter af dan het Nederlands. Over de vraag of de oorlog tegen Irak gerechtvaardigd is, hoeft hij geen seconde na te denken. „Als je kijkt naar wat Saddam Hussein in het verleden heeft gedaan, is het volkomen terecht dat hij wordt aangepakt. De invasie in Iran, het binnenvallen van Koeweit, het gebruik van chemische wapens tegen de Koerden en het onderdrukken van zijn eigen volk. Bovendien heeft hij vermoedelijk banden met al-Qaida. Hij vormt niet alleen een bedreiging voor de Irakezen, maar voor de hele wereld.”
Arie van Vugt, een 41-jarige plantenkweker in het plaatsje Pompton Plains, is zo mogelijk nog feller. „Deze oorlog is absoluut terecht. Saddam is een brute dictator die alles in het werk zal stellen om de westerse cultuur te vernietigen. Het is niet voor honderd procent bewezen, maar ik ben ervan overtuigd dat Irak een relatie met het terreurnetwerk van Osama Bin Laden heeft.”
Hoewel hij het eens is met de militaire campagne in Irak, kan Nieuwenhuis zich wel „iets” voorstellen bij de kritiek die met name door Frankrijk, Duitsland en Rusland op het eenzijdige optreden van de enig overgebleven supermacht wordt geuit. „Voor die landen is dat een legitieme vrees. Dit is ook een zeer on-Amerikaans conflict. We hebben nog nooit een echte aanvalsoorlog gevoerd. Toch moet je wel bedenken dat ons regeringssysteem nooit zal toestaan dat een president maar kan doen waar hij zin in heeft en elk willekeurig land kan aanpakken. Zo’n actie moet altijd door het Congres worden goedgekeurd en dat zal alleen gebeuren als het volkomen gerechtvaardigd is.”
„Anderzijds kan ik de houding van met name Frankrijk niet begrijpen”, vervolgt de arts. „Denken zij soms dat die duizenden witte kruisen in Normandië daar voor niets staan? Ik had op zijn minst verwacht dat Parijs zich in de Veiligheidsraad van stemming zou hebben onthouden. Ook de vergelijking die een Duitse minister tussen Bush en Hitler maakte, is hier heel slecht gevallen.”
Ook Arie van Vugt maakt zich boos om de Europese bezwaren. „Waarom zijn wij in Irak? Voor de olie? Dat is toch onzin. Wij vechten om het Iraakse volk te bevrijden. Als wij de olie hadden gewild, hadden we nu al kunnen beginnen met pompen. In plaats daarvan controleren wij de Iraakse havens aan de Perzische Golf om schepen met humanitaire hulp toe te laten. Het stoort me dat zelfs in een deel van de gereformeerde gezindte in Nederland zo negatief wordt gedacht. Ik denk dat het vooral met jaloezie te maken heeft.”
Volgens Nieuwenhuis komt veel van de kritiek op het beleid van Bush voort uit vijandschap vanwege de religieuze overtuiging van de Amerikaanse president. „Over het feit dat Bush dagelijks met zijn kabinet bidt, uit de Bijbel leest en om Gods hulp vraagt, wordt smalend gesproken. Het geloof van onze president maakt deel van zijn dagelijks leven uit en het is bepaald niet zo dat hij het voor politieke doeleinden aanwendt.”
Ook Van Vugt wil geen kwaad woord over George Bush horen. „Eindelijk hebben we een president met principes. Hij heeft een eed op de Bijbel gezworen dat hij alles zal doen om zijn land en volk te beschermen. Dit is een man die er absoluut van overtuigd is dat wat hij doet het beste voor Amerika is. Hij gelooft dat er een God is Die hem niet zonder reden op die post heeft gesteld. Daarom denk ik dat veel van de massale demonstraties die we nu zien niet tegen de oorlog zijn gericht, maar tegen Bush persoonlijk. Het is een uiting van haat tegen godsdienst, tegen het christendom.”
„De liberale media hebben ontzettend hun best gedaan om Bush te beschadigen en dat frustreert me enorm”, vervolgt de Nederlandse Amerikaan. „We kunnen niet dankbaar genoeg zijn dat we een staatshoofd hebben dat om de leiding van de Heere vraagt. Ik zie duidelijk Gods hand in de manier waarop de presidentsverkiezingen zijn verlopen. Ik geloof dat Bush geroepen is dit ambt te vervullen. Wat zou er gebeurd zijn als Al Gore was gekozen? Dat zou op een regelrechte ramp voor ons land zijn uitgelopen.”
Hoewel beide mannen de oorlog in Irak als gerechtvaardigd beschouwen, zien zij in het conflict eveneens een teken van het einde der tijden. Van Vugt: „Het vormt ongetwijfeld onderdeel van de oordelen die over de wereld komen. Ook de aanslagen van 11 september waren een oordeel voor de Amerikanen. En wat heeft het ons gebracht? We hebben geen gehoor aan die roepstem gegeven - hooguit uitwendig. Maar er is geen echt berouw geweest.”
Met de gebeurtenissen van 11 september nog vers in het geheugen, vormen nieuwe terroristische aanslagen een grote bron van vrees voor beide Nederlandse Amerikanen. Van Vugt: „We zitten hier vlakbij de stad New York, een enorm risicogebied. We weten dat moslimfundamentalisten er niet voor terugdeinzen opnieuw op die manier toe te slaan. Als ik in een winkelcentrum loop, denk ik onwillekeurig aan dat gevaar. Je kijkt tegenwoordig altijd over je schouder.”
De Amerikaanse regering probeert met strenge veiligheidsmaatregelen aanslagen te voorkomen en de bevolking gerust te stellen. Op metrostations, bij bruggen en vliegvelden patrouilleren leger en politie. „Ook mijn vrachtwagens worden keer op keer doorzocht”, aldus Arie van Vugt. „Maar ik heb geen enkel probleem met die controles. We leven in een veranderde wereld en we moeten nu eenmaal zo voorzichtig zijn.”