Olieprijs op laagste niveau sinds januari
De prijs van een vat ruwe olie (van 159 liter) is dinsdag ondanks de oorlogsdreiging op het laagste niveau sinds half januari beland.
Handelaren in Londen betaalden in de avonduren 27,35 dollar voor een vat, ruim 2 dollar (7 procent) minder dan de dag ervoor. Op de Nymex-markt in New York daalde de Amerikaanse olie ook sterk in prijs.
De 48 uur die de Amerikaanse president Bush Saddam Hussein nog heeft gegeven, heeft de duidelijkheid geschapen waar de oliemarkten zo lang naar hebben verlangd. Sinds maandagmiddag, toen de Verenigde Staten en Groot-Brittannië duidelijk maakten niets meer te verwachten van een diplomatieke oplossing, is olie op de termijnmarkten 13 procent goedkoper geworden.
De oliemarkten gaan ervan uit dat Irak snel zal zijn verslagen en dat de schade aan olie-installaties miniem zal zijn. „De onzekerheid is voorbij. De markten denken dat we oorlog gaan voeren en dat we gaan winnen”, aldus een handelaar.
Dinsdag kostte een vat Brent-olie zelfs even 26,40 dollar. Amerikaanse olie, die van een betere kwaliteit is en minder zwavel bevat, noteerde 31,60 dollar als laagste dagstand.
In februari steeg een vat Amerikaanse olie nog naar een niveau van bijna 40 dollar. Daarmee werd de historische piek van 41,15 dollar in oktober 1990, twee maanden nadat Irak Koeweit was binnengevallen, benaderd.
Een Amerikaanse invasie in Irak zal de Iraakse olieproductie van 2,5 miljoen vaten per dag nagenoeg stilleggen en mogelijk ook een deel van de Koeweitse productie aan de Iraakse grens, maar de oliemarkten verwachten dat Saudi-Arabië de oliekranen verder opendraait om dit op te vangen. Bovendien heeft de Amerikaanse regering al aangegeven dat zij haar strategische voorraden wil aanspreken als er krapte ontstaat. In januari 1991 maakten de VS en Europese landen ook gebruik van hun reserves.