Volgens de directeur van het grootste ziekenhuis van Bangui zijn sinds zaterdag ten minste vijftig mensen omgekomen bij de onlusten. In het centrum van de stad zijn veel winkels gesloten of verwoest. Gewapende mannen rijden in jeeps door de straten en beroven burgers van hun bezittingen. Volgens ooggetuigen grijpen de rebellen in als zij zien dat er geroofd wordt. Voor het geweld en de plunderingen worden veelal leden van de bewaking van president Ange-Félix Patasse verantwoordelijk gehouden.

De rebellen trokken zaterdag Bangui binnen. Hun leider, oud-legeraanvoerder François Bozize, riep zichzelf een dag later uit tot president. Hij stelde de grondwet buiten werking en ontbond het parlement. President Patasse was op dat moment in het buitenland en is nog steeds niet teruggekeerd. Hij heeft nog niet gereageerd op de gebeurtenissen.

Een medewerker van het Internationale Rode Kruis zei dinsdag tegen een plaatselijk radiostation dat rebellen probeerden voertuigen van de organisatie te stelen. „We werken in een bedreigende situatie omdat Bozizes mannen onze wagens willen afpakken”, zei hij.

Maandagavond laat riep secretaris-generaal van de Verenigde Naties Kofi Annan op tot een spoedig herstel van de rechtsorde in het land en tot „respect voor en bescherming van de mensenrechten en fundamentele vrijheden.”

Frankrijk heeft zondag ongeveer 300 soldaten naar het land gestuurd, die een basis hebben ingericht bij het vliegveld van de hoofdstad Bangui. Zij helpen met de evacuatie van westerlingen. Tot nu toe zouden ongeveer 130 mensen zijn geëvacueerd, onder wie zestig Franse staatsburgers.

De Centraal-Afrikaanse Republiek is een voormalige kolonie van Frankrijk. Het land werd in 1960 onafhankelijk en heeft veelvuldig te maken gehad met militaire opstanden en andere rebellieën. De afgelopen zes jaar zijn er zes coups gepleegd of pogingen daartoe gedaan.