Iran wil uranium naar Westen zenden
Iran is bereid het verzoek van de Verenigde Naties in te willigen en uranium ter verrijking naar het buitenland te sturen. Dat heeft de Iraanse president Mahmud Ahmadinejad gisteren in een televisie-interview gezegd.
Volgens Ahmadinejad heeft Teheran er „geen problemen” mee uranium naar het Westen te sturen om het enkele maanden later verrijkt terug te krijgen.De beslissing is een belangrijke ommekeer in de opstelling van het land. Maandenlang hebben Iraanse politici het plan in de media bekritiseerd en alternatieven aangedragen voor het sturen van uranium naar het buitenland.
Het Westen verdenkt Iran ervan uranium te willen verrijken om daarvan een kernwapen te vervaardigen, aantijgingen die Teheran altijd heeft ontkend. Iran beweert met zijn atoomprogramma slechts vreedzame doeleinden na te streven.
De executies van twee dissidenten in Iran krijgen op korte termijn een vervolg met de uitvoering van de doodstraffen van negen andere tegenstanders van het bewind. Dat heeft Ebrahim Raisi, een topfunctionaris binnen de rechterlijke macht in de islamitische republiek, gisteren gezegd tegen het Iraanse persbureau Fars.
Afgelopen donderdag werden twee mannen, Mohammad Reza Ali-Zamani (37) en Arash Rahmanipour (19), al geëxecuteerd door middel van de strop. Het waren de eerste executies in verband met protesten tegen het regime van president Mahmud Ahmadinejad en opperste leider Ali Khamenei, die afgelopen zomer begonnen.
De Iraanse oppositieleider Mir Hossein Musavi heeft gezegd dat het regime in zijn land na 31 jaar revolutie nog steeds is gestoeld op dictatuur.
Musavi zal zijn strijd tegen het in een ernstige crisis verkerende bewind daarom voortzetten.
„De Islamitische Revolutie van 1979 heeft gefaald, want de wortels van tirannie en dictatuur, die het tijdperk van de sjah kenmerkten, bestaan nog steeds”, betoogde Musavi dinsdag op zijn website kaleme.org.
Zo worden volgens hem de media het zwijgen opgelegd, de gevangenissen gevuld met dissidenten, en worden mensen bruut om het leven gebracht die vreedzaam voor hun rechten betogen.
„De dictatuur in naam van een godsdienst is de ergste die er is”, fulmineerde Musavi.