OM betwijfelt rapport over Lucie de B.
Het openbaar ministerie heeft twijfels over de waarde van het rapport van het Pieter Baan Centrum over de Haagse verpleegkundige Lucie de B. Dat bleek maandag bij de rechtbank in Den Haag.
Lucie de B. zou door het toedienen van medicamenten dertien zieke kinderen en bejaarden hebben omgebracht in vier Haagse ziekenhuizen. Tegen haar is vorig jaar levenslang geëist.
De B. heeft weliswaar een persoonlijkheidsstoornis, maar is wel toerekeningsvatbaar en is uitdrukkelijk geen psychopaat, stellen deskundigen van het Pieter Baan Centrum.
Eerder tijdens het proces hadden de aanklagers Lucie de B. wel omschreven als een psychopaat met een ziekelijke obsessie voor de dood. De Haagse verpleegkundige heeft zichzelf in haar raadselachtige dagboeken overigens wel een rijtje kenmerken toegedicht die horen bij een psychopaat.
Het OM sluit niet uit dat Lucie de B. de psycholoog en psychiater in het PBC om de tuin probeerde te leiden en een veel te rooskleurig beeld van zichzelf schetste. „Ze heeft in het verleden vaker met psychiaters te maken gehad, heeft veel boeken over psychologie gelezen en heeft een jaar lang de tijd gehad om zich voor te bereiden op het onderzoek in het Pieter Baan Centrum”, zo zei officier van justitie mr. I. Degeling gisteren. Eerder tijdens het proces bleek uit een getuigenverklaring dat De B. liegen kan alsof het gedrukt staat.
Volgens de onderzoekers van het PBC zit Lucie de B. vol „zelfhaat.” De innerlijke agressie die dat met zich meebrengt, botviert ze echter niet op haar omgeving, aldus het PBC.
Het OM heeft bedenkingen bij die conclusie. Aanklager Degeling wees erop dat De B. in 1992 in een dronken bui op agressieve wijze haar familie het huis uit had gejaagd.
De dood van het meisje Amber Zuiderwijk op 4 september 2001 bracht de zaak tegen De B. aan het rollen. Gisteren bleek dat het medicament digoxine (een middel tegen hartkwalen) dat in het lichaam van Amber Zuiderwijk is aangetroffen, geen overblijfsel geweest kan zijn van de digoxine die het meisje tijdens een operatie een paar maanden voor haar dood kreeg toegediend. De verdenking is dat Lucie de B. het kind een dodelijke hoeveelheid van het middel heeft gegeven.
Niemand heeft De B. ooit op heterdaad betrapt. Er zijn echter tal van belastende zaken die haar schuld volgens het OM aantonen. Telkens wanneer jonge en oude zieken op raadselachtige wijze overleden, had de Haagse verpleegkundige dienst. In haar dagboeken verwijst ze naar een geheim dat ze niemand mag vertellen en rept ze van dwangmatige handelingen.
Zelf hield De B. maandag opnieuw vol dat ze niets met de dood van de zieke kinderen en bejaarden te maken heeft. „Ik ben geen psychopaat en ik ben geen seriemoordenaar”, zei de verpleegkundige, die door het PBC als „bovenmatig intelligent” wordt omschreven.
De rechtbank doet op 24 maart uitspraak.