„Westers model werkt hier niet”
Veiligheid, goed bestuur en ontwikkeling en regionale steun zijn de drie hoofdthema’s op de Londense top rond Afghanistan van donderdag. Een goede invulling en uitvoering van deze vier thema’s geeft de beste kans op beëindiging van de zich voortslepende Afghaanse burgeroorlog. Daarover zijn de deelnemers het wel eens. Over de vraag welk thema voorrang krijgt, heerst verdeeldheid.
In Londen wordt donderdag een internationale Afghanistantop gehouden. In verband hiermee belichten we dagelijks een aspect van de Afghaanse problematiek. Vandaag: vrede met de taliban.Neem het thema veiligheid. De commandant van de NAVO-troepen in Afghanistan, de Amerikaanse generaal Stanley McChrystal, gaf gisteren in een interview met de Financial Times nadrukkelijk zijn kijk op de invulling daarvan. Een vredesverdrag met de taliban is onvermijdelijk, stelde hij. Maar dat zal niet vanzelf gaan; ze zullen daartoe gedwongen moeten worden, vooral omdat president Obama de terugtocht van Amerikaanse troepen al in 2011 heeft bepaald. Grote vraag blijft of de VS met de extra inzet van 30.000 man de taliban snel genoeg zullen kunnen ondermijnen om hen naar de onderhandelingstafel te dwingen, voordat deze escalatie van geweld zijn terugslag krijgt en er aan westerse kant juist meer slachtoffers gaan vallen.
Valt er eigenlijk wel te onderhandelen met de taliban? De Wall Street Journal van vorige week drukte een interview af met de leider van een van de machtigste talibanbolwerken van dit moment, het Haqqaninetwerk, dat vanuit de oostelijke Afghaans-Pakistaanse grens opereert en dat geleid wordt door „kalief” Siajuddin Haqqani. De recente bloedige aanslagen in het hart van Kabul zijn van zijn manschappen.
Belangrijker is dat Haqqani model staat voor een jonge generatie van Afghaanse strijders, die niet anders gekend heeft dan oorlog. Of, zoals een Pakistaanse waarnemer het zei: „Ik denk niet dat deze jongere generatie ook maar een idee heeft van politiek of de wens koestert om deel te nemen aan een politiek proces. Het enige waarin ze zijn opgegroeid is in oorlog en vechten.” Als dat waar is, wordt het lastig vrede sluiten met deze groep. Eerder is te verwachten dat de taliban het jaar 2011 zullen afwachten om dan vervolgens achter de rug van vertrekkende Amerikanen toe te slaan.
Anders Fange, onderzoeker bij het Afghanistan Analyst Network (AAN) in Kabul is evenmin optimistisch over verzoening met de taliban. Hij wijst op een andere factor: het zwakke bestuur in het land. In zijn recente studie ”The State of the Afghan State” wijst hij erop dat de internationale gemeenschap op dit punt niet vrijuit gaat. Die maakte na 2001 twee fundamentele fouten. De eerste was de obsessie om in Afghanistan een centrale staat naar westers-democratisch model uit de grond te stampen. „In het Westen hebben we daar eeuwen over gedaan, maar in Afganistan, met zijn traditionele samenleving, moet het allemaal in een paar jaar van de grond komen.” De tweede fout was de inzet van krijgsheren en lokale commandanten bij de oorlog tegen de taliban. Daardoor hebben die in de samenleving vaste voet aan de grond gekregen, en dwarsbomen ze nu elk goed lokaal bestuur en de rechtsgang in het land.
Wil de internationale gemeenschap echt iets bereiken, dan zullen het politieke bestel en het landsbestuur ingrijpend moeten veranderen, is Fanges overtuiging. Dus geen algemene verkiezingen meer, maar getrapte verkiezingen via lokale en regionale raden – zoals de Afghanen dat gewend waren. Fange pleit er verder voor om niet van centraal bestuur uit te gaan –ook dat heeft Afghanistan nooit gekend– maar om het lokaal bestuur nieuw leven in te blazen.