Reddingshond moet donker gat in durven
Honderden speciale honden zochten de afgelopen dagen in de puinhopen van Haïti naar overlevenden. Hans de Haas, speurhondenspecialist bij het Korps landelijke politiediensten (KLPD): „Een reddingshond moet donkere gaten en kelders in durven.”
Een geëmotioneerde reddingswerker die een kind in de armen sluit. Geboeid bekeek Hans de Haas deze week een televisiereportage waarop hij Nederlandse collega’s van het rampenteam Urban Search and Rescue Team (USAR) in actie zag bij de redding van een moeder en kind uit de puinhopen in Haïti.„Al red je er maar één, dan is het alle moeite waard”, zegt De Haas op een kamer van de Dienst Levende Have van het KLPD in Nunspeet. De hondenspecialist, die zelf met zijn hond Nero ook deel uitmaakt van het USAR-team, trainde verschillende collega’s die in Haïti met hun viervoeters naar overlevenden speurden.
Een reddingshond moet onverschrokken en gedreven zijn, zegt de KLPD-hondengeleider. „Als ik het commando geef dat de hond op een tafel moet springen, moet hij onmiddellijk gehoorzamen. Zo’n dier moet een open trap op durven lopen, over een smal galerijtje willen. De hond moet heel vrij zijn en donkere gaten en kelderruimtes in durven. Het dier moet over puinhopen willen lopen. Twee op de vijf geteste herdershonden zien dat niet zitten.”
Buisjes
Belangrijke vereiste is ook sociaal gedrag, legt De Haas uit. „Een reddingshond mag niet bijten als hij iemand heeft gevonden. Contact met de bek kan niet, hooguit mag de hond met zijn poot even over de vondst schrapen.”
Standaard beloning voor de getrainde politiespeurhonden is een metalen buisje van ongeveer 10 centimeter. „Op één of ander manier is elke hond idolaat van zo’n ding.” Met de buisjes trainen de africhters en geleiders de dieren ook in een specialisatie. Zo zijn er bijvoorbeeld drugs-, geld- en explosievenhonden. „Als we hond willen opleiden als drugshonden, zorgen we dat aan zo’n buisje de geur van drugs komt. Het dier leert zich zo te concentreren op die geur.”
De neus is een belangrijk wapen van speurhonden. Honden ruiken vele malen scherper dan mensen. „Een mens heeft ongeveer 5 miljoen reukcellen, een hond 220 miljoen.”
Een speurhond is geen „wondermiddel”, stelt De Haas. „De hond is een hulpmiddel. Het dier kan geen 100 procent zekerheid bieden. Als een hond in een bos naar een lichaam zoekt en niets vindt, kan dat lichaam daar toch liggen. Bijvoorbeeld als de hond de ontbindingsgeur door omstandigheden niet opsnuift.”
Extreme hitte wordt speur-honden te veel, weet de politieman. „Vorig jaar zomer waren we op oefening in de woestijn van Dubai. Toen was het overdag 50 graden met een hoge luchtvochtigheid. Dan kun je niks beginnen. Als mens niet en als hond niet. Je zult moeten werken in de nacht of avond, als het iets is afgekoeld.”
Luguber
De Haas is gespecialiseerd in zoekacties met lijkhonden. Met zijn eigen viervoeters, Faya en Berry, speurde de KLPD’er de afgelopen jaren tientallen lichamen op. In de meeste gevallen is sprake van een misdrijf, soms komt het voor dat iemand in een afgelegen gebied zelfmoord pleegt en vervolgens zoekraakt. De koppen boven de krantenartikelen aan de wanden in zijn werkkamer in Nunspeet schetsen zijn nogal lugubere werkveld: ”Lijken in beton” of ”Lijken in tuin horror-pension”.
In tal van geruchtmakende moordzaken speurden De Haas en zijn collega’s met hun honden naar omgebrachte of vermiste personen. In 2008 speurde de politieman samen met andere hondenspecialisten op Bonaire naar de vermoorde apothekersassistente Marlies van der Kouwe. De zoektocht had resultaat. „We moesten zoeken in een ondoordringbaar gebied vol cactussen en doornstruiken. Alles prikt, er zijn slangen. Dan moet je goed opletten waar je loopt.”
Recent nog struinde de KLPD’er met zijn honden door de bossen rond Apeldoorn in de zoektocht naar de verdwenen Beekbergense autohandelaar Henk van Ravenhorst. Deze week werd zijn lichaam gevonden. Hij is met geweld om het leven gebracht.
Bijzonder was de inzet bij de zogeheten Haagse metselmoorden. Twee door Hindoestanen vermoorde mannen waren in een muur gemetseld. De Haas herinnert zich goed hoe politiehonden aansloegen in een Haagse woning. „Een van de honden begon te krabben aan de muur. Met een schroevendraaier hebben we een stukje uit de muur gehaald. Het vocht aan de achterkant van een tegeltje was van een mensenlichaam.”
Schokkend was de vondst in de bossen bij het Brabantse Chaam. Daar vond de lijkenhond van De Haas in 2005 de lichamen van Claudia H. en haar twee jonge kinderen. Vermoord door vader Richard H. „Toen de hond aansloeg, groeven we een sleufje. Dan zie je ineens de handjes van die kinderen. Vreselijk.”