VN: Meer dan 90 mensen gered sinds beving
PORT–AU–PRINCE (ANP/AFP/DPA) – Sinds de zware aardbeving in Haïti, een week geleden, zijn meer dan negentig mensen levend onder de brokstukken vandaan gehaald. Dat hebben de Verenigde Naties dinsdag bekendgemaakt.
Aan de reddingsactiviteiten doen 52 internationale teams met in totaal 1820 medewerkers en 175 snuffelhonden mee. Israëlische reddingswerkers haalden dinsdag nog een studente levend onder de brokstukken van de universiteit in de hoofdstad Port–au–Prince vandaan. Volgens schattingen zijn zeker 70.000, maar mogelijk 200.000 mensen om het leven gekomen door de natuurramp.Een woordvoerster van OCHA, het VN–coördinatiebureau voor humanitaire hulp, liet weten dat er nog steeds hoop is overlevenden te vinden in het puin. „Het klimaat is mild en er zijn onder het puin belangrijke luchtzakken. Er zijn grote ruimtes ontstaan vanwege de manier waarop gebouwen zijn ingestort, wat de kans op overleven verhoogt". Het enige probleem is volgens de zegsvrouw mogelijke uitdroging.
Hulporganisaties richten zich momenteel vooral op medische assistentie, het bergen van lijken, onderdak, water, voedsel en sanitaire voorzieningen. Ondertussen wordt een tekort aan brandstof een steeds groter probleem. Het Wereldvoedselprogramma van de VN wil daarom een kleine 40.000 liter diesel per dag vanuit het buurland de Dominicaanse Republiek naar Haïti verzenden.