Zeventien slachtoffers zouden rebellen zijn, terwijl het leger acht manschappen zou hebben verloren. De gevechten braken uit in het historische stadscentrum van Saada, waar veel Houthi’s wonen.In een verklaring gaven de rebellen maandag aan dat er nog altijd wordt gevochten in het gebied. Het leger zou bulldozers hebben ingezet om woningen, moskeeën en andere historische gebouwen van de sjiieten te verwoesten. De website van het Jemenitische ministerie van Defensie sprak van de laatste fase in de operatie tegen de resterende bolwerken van ondergedoken „terroristen" in Saada.

De Houthi vormen een omvangrijke minderheid in Jemen, waar de meeste inwoners aanhager zijn van de soennitische stroming binnen de islam. In het noorden van het land zijn ze echter in de meerderheid. Sinds 2004 voeren de rebellen en het regeringsleger van het straatarme land regelmatig gevechten tegen elkaar.

Een half jaar geleden kondigde de regering van Jemen een grootschalig offensief aan tegen de Houthi–opstandelingen. Het verzet zou voor eens en voor altijd gebroken worden, zo lieten president Ali Abdullah Saleh en zijn ministers herhaaldelijk weten.

Zondag gaf het staatshoofd nog aan dat hij open staat voor een dialoog met de rebellen, onder voorwaarde dat deze de gewapende strijd staken. Een woordvoerder van de rebellen zei maandag dat daarvan voorlopig geen sprake zal zijn. „Hoe kun je een oproep doen voor een dialoog als je bombardementen uitvoert? Stop met schieten, en begin daarna over een dialoog".

Volgens hulporganisaties zijn al meer dan 150.000 mensen op de vlucht geslagen voor het geweld in het noorden van Jemen.