Veiligheid ov-boot op IJ niet gegarandeerd
De veiligheid van het personenvervoer met draagvleugelboten op het Noordzeekanaal en het IJ is onder de huidige omstandigheden niet gewaarborgd.
Dat is de conclusie van de Onderzoeksraad Voor Veiligheid onder leiding van mr. Pieter van Vollenhoven. Het instituut liet dat dinsdag weten.De raad onderzocht een aanvaring in 2007 tussen een draagvleugelboot van vervoersmaatschappij Connexxion en een patrouillevaartuig van de Koninklijke Marechaussee. Daarbij raakten meerdere mensen gewond. Tussen 2002 en 2008 hadden vijf voorvallen plaats met deze snelle boten.
De raad stelt vast dat de uitwijkmogelijkheden van de vaartuigen op het Noordzeekanaal beperkt zijn. De schipper moet in te korte tijd en op te grote afstand een koerswijziging inzetten om een ander schip te ontwijken. Volgens de raad is dat bij goed zicht al lastig, maar verergert dit nog bij slecht zicht.
Het onderzoeksinstituut adviseert minister Eurlings (Verkeer en Waterstaat) daarom specifiek onderzoek te doen naar de veiligheid van het varen met draagvleugelboten op het Noordzeekanaal.
De draagvleugelboot moet volgens internationale wettelijke regelingen voorrang verlenen aan langzamer scheepvaart op het Noordzeekanaal, die maximaal 18 kilometer per uur haalt.
Bij de dienstsnelheid van 60 kilometer per uur is het feitelijk onmogelijk om altijd aan de voorrangsregel te voldoen. Verlaging van de vaarsnelheid is voor een draagvleugelboot geen oplossing, omdat de stabiliteit en de bestuurbaarheid in dat geval verder verslechteren.