Zij waren in Brussel bijeen voor een tweedaagse top. Alle 27 lidstaten van de Unie leveren een bijdrage. De grote gaan wat betreft de omvang daarvan voorop. Nederland heeft toegezegd 300 miljoen te zullen vrijmaken. Die middelen komen boven op het geld dat reeds voor maatregelen ter beperking van de CO2-uitstoot in de derde wereld is gereserveerd in het overheidsbudget voor ontwikkelingssamenwerking.Aanvankelijk weigerde een aantal landen te participeren in de financiering. Hun opstelling hield mede verband met de moeilijke begrotingssituatie, die voortvloeit uit de economische crisis. De Zweedse premier Fredrik Reinfeldt, die als voorzitter van de vergadering fungeerde, slaagde er echter in na flink wat druk van zijn kant hen toch over de streep te trekken. Premier Balkenende noemde het na afloop van de besprekingen een goed signaal dat alle partners meedoen.

Het nu tot stand gebrachte fonds is bestemd voor de komende drie jaar. De EU meent dat in die periode de internationale gemeenschap als geheel zo’n 21 miljard euro moet aanwenden voor het betrokken doel. Zelf voorziet zij dus in ruim een derde daarvan.

Voor de tijd na 2012 heeft de EU nog geen cijfers vastgelegd. In de slotconclusies herhalen de regeringsaanvoerders alleen de in oktober al gehanteerde formulering dat zij een „eerlijk aandeel” voor hun rekening zullen nemen. Zij denken dat vanaf 2020 jaarlijks in totaal zo’n 100 miljoen euro nodig is.

De bekostiging van het klimaatbeleid in de arme regio’s vormt een belangrijk punt in de onderhandelingen op de VN-klimaatconferentie in Kopenhagen. Die verkeren volgende week in de beslissende fase. Er zullen dan veel Europese politieke leiders aanwezig zijn in de Deense hoofdstad. Mogelijk beleggen zij daar onderling nog een extra top om hun ultieme standpunten te bepalen.