Reclamewaakhond raakt ondervoed
Het voortbestaan van de Reclame Code Commissie (RCC) hangt aan een zijden draad. Geldgebrek dreigt de ’reclamewaakhond’ de das om te doen. Binnen twee maanden moet er duidelijkheid zijn over een nieuw financieringssysteem, anders staakt de commissie haar werk.
De RCC kampte vorig jaar al met een klein financieel tekort, dat naar verwachting de komende jaren toeneemt. Voorzitter H. Bruggink van Stichting Reclame Code, waarvan de commissie deel uitmaakt, blijft vooralsnog optimistisch. „Ik verwacht dat we met VNO-NCW een regeling zullen kunnen afspreken. Deze werkgeversorganisatie heeft woensdag gezegd de rekening niet te willen betalen, maar ze wil wel meedenken over een omslagregeling, waarbij elk lid een kleine bijdrage betaalt.”
Bruggink heeft zich tot VNO-NCW gewend omdat de brancheorganisaties die de Stichting Reclame Code ondersteunen, hun ledental en daarmee hun financiële spankracht zien afnemen. „Vroeger waren meer mensen bereid zich voor een organisatie van hun branche in te zetten. Nu vraagt men zich eerder af: Wat heb ik eraan? De Bond van Adverteerders (BVA) vertegenwoordigt daardoor nog maar de helft van de adverteerders. De overigen zijn gewoon geen lid. Dan is het niet reëel alleen de leden een hogere bijdrage voor de Reclame Code Commissie te vragen.” Bovendien is de brancheorganisatie voor direct marketing, DMSA, vorig jaar failliet gegaan, waardoor een van de steunpilaren van de stichting is weggevallen.
Bij de acht personeelsleden van de RCC komen jaarlijks ruim 2000 klachten over misleidende of onfatsoenlijke reclame binnen. Daarvan wordt de helft in behandeling genomen. In september pleitte SGP-kamerlid Van der Staaij er nog voor uitspraken van de commissie een wettelijke status te geven. Alleen dan kan er adequaat worden opgetreden tegen reclame-uitingen die niet door de beugel kunnen.
Aan dat adequate optreden mankeert het soms. Op 24 september vorig jaar veroordeelde de commissie een afbeelding van naakte vrouwen op een billboard langs de snelweg A4 bij Roelofarendsveen, maar het bord bleef nog bijna drie maanden hangen, totdat het op een nacht werd gestolen.
Andere blootreclames werden door de commissie niet afgekeurd. Daarom kreeg ze soms het verwijt te zwalken. Ook gebeurde het dat het college van beroep van de RCC een uitspraak van de commissie terugdraaide of afzwakte.
De Stichting Reclame Code is al sinds 1964 belast met het beoordelen van reclame-uitingen. De commissie groeide uit tot een klankbord voor klachten over verruwing en verloedering.
Het werkterrein van de commissie is echter veel breder dan onzedelijke en godslasterlijke reclames. Afgelopen maandag sprak de RCC uit dat apothekers het publiek hebben misleid door in een advertentie te schrijven dat het kabinet bepaalde levensreddende medicijnen wegbezuinigt. Eerder deze maand kapittelde de RCC een Hoogeveens bedrijf dat een kuikenvangmachine als diervriendelijk aanprees, terwijl dat predikaat volgens de stichting Wakker Dier aanvechtbaar is. Vorig jaar noemde de commissie een reclameboodschap van telefoonaanbieder UPC misleidend. De mededeling ”en u belt via Priority Telecom tot 20 procent goedkoper” was te absoluut en de uitzonderingen daarop waren „in zodanig kleine letters en cijfers in beeld gebracht dat deze niet dan wel nagenoeg niet leesbaar zijn. Bovendien is adverteerder in de opsomming van de uitzonderingen niet volledig.”
Volgens de Nederlandse reclamecode mag reclame niet in strijd met de waarheid zijn of op een andere manier misleiden, niet nodeloos kwetsen en ook niet in strijd zijn met de goede smaak en het fatsoen. Als een reclame-uiting in strijd is met deze code, beveelt de Reclame Code Commissie de adverteerder aan in het vervolg niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken. Afhankelijk van de situatie worden de uitspraak en de namen van de betrokken partijen al dan niet openbaar gemaakt.
Bij een herhaalde of ernstige overtreding worden de bij de stichting aangesloten media geacht de reclame-uiting niet meer op te nemen. Zij hebben zich daartoe verplicht. Bij klachten over grensoverschrijdende reclame wordt de European Advertising Standards Alliance (EASA) in Brussel ingeschakeld.
Klagen bij de RCC is vaak gratis en de behandeling van die klacht ook. „En als het niet gratis is, is het nog spotgoedkoop in vergelijking met een gang naar de rechter”, zegt voorzitter Bruggink. De commissie telt vier kamers, elk met vijf leden. Naast twee algemene kamers is er een audiovisuele kamer voor klachten over reclame op radio en tv en een kamer voor direct marketing, die zich buigt over brievenbusreclame en -stickers, loterijcampagnes en telefonische informatiediensten.
De voorzitter van elke kamer is een onafhankelijke jurist, de overige vier leden zijn afkomstig uit de Consumentenbond, de adverteerdersorganisatie BVA, de communicatieadviesbureaus (VEA) en de deelnemende media. Deze organisaties benoemen ook het college van beroep. De commissie- en de collegeleden oordelen echter zonder last of ruggespraak.