„Albanezen niet op aanslagen uit”
Het is niet waar dat gewapende etnische Albanezen zich in Kosovo hebben verzameld en van daaruit aanslagen plegen in Zuid-Servië, zoals de Servische regering beweert.
Dat zei de commandant van de door de VS bestuurde sector van Kosovo, Daniel Keefe, maandag.
De Servische vice-premier Nebojsa Covic, die Kosovo in zijn portefeuille heeft, zei onlangs dat Albanese extremisten zich hebben verzameld in de Kosovaarse dorpen Kosovska Kamenica en Gnjilanel. Covic eiste maatregelen van het internationale bestuur van Kosovo om te voorkomen dat zij de grens oversteken naar de Presevo-vallei in Zuid-Servië, waar de etnische Albanezen twee jaar geleden in opstand kwamen.
„Niet één bericht over gewapende extremisten in Kosovo is gefundeerd gebleken”, zei Keefe op de Amerikaanse legerbasis Camp Bondsteel in Kosovo.
Toch is het een feit dat de spanning in Zuid-Servië de afgelopen weken is opgelopen. Aanleiding was de moord op een Albanees die voor de Servische geheime politie werkte. Het optreden van de politie daarna, waarbij wapens in beslag werden genomen en zeven etnische Albanezen werden opgepakt, was aanleiding voor diverse demonstraties van etnische Albanezen.
Zondag reed een Servische politieauto op een landmijn. Eén agent kwam om het leven, twee anderen raakten gewond. De aanslag werd gisteren opgeëist door het Albanees Nationaal Leger (ANA), een van de schimmige organisaties van etnische Albanezen die wraak hebben gezworen voor het Servische politieoptreden. Het ANA is naar eigen zeggen actief in Zuid-Servië, Macedonië en Kosovo.