Financiële wereld wacht op rapportage Blix
Wel of geen oorlog, dat is ook wat de financiële wereld bezighoudt. In een week met relatief veel belangrijke macrocijfers rapporteert Hans Blix, het hoofd van de VN-inspecteurs in Irak, vrijdag in de Veiligheidsraad.
De week begon maandag met een somber maandrapport van de Duitse Bundesbank. Deze voorspelde dat de economie bij onze oosterburen in het vierde kwartaal waarschijnlijk een lichte krimp vertoonde ten opzichte van de voorgaande drie maanden. Een weer toenemend ondernemersvertrouwen geeft volgens de ’Buba’ weliswaar hoop voor een licht herstel begin dit jaar, maar steeds meer analisten (waaronder Stroeve) sluiten een tweede achtereenvolgend kwartaal met een negatieve groei niet uit. Wat voor de Amerikaanse economie dus uitbleef, een ’double dip’ van de economie, is voor Duitsland nu bijna realiteit.
Op dezelfde dag verklaarde ECB-president Duisenberg dat hij voor de eurozone nog steeds uitgaat van een economische opleving in de tweede helft van het jaar, maar op een tijdstip wanneer de groei weer een niveau van 2 à 2,5 procent zou hebben bereikt wilde hij zich niet vastpinnen.
Begin februari had Duisenberg nog aangegeven dat dit groeitempo -dat wordt gezien als de onderliggende groei in de eurozone- eind dit jaar zou worden bereikt.
Op dinsdag kwam er verdeeld nieuws met betrekking tot de Duitse economie. Enerzijds was een lichte stijging van de vooruitblikkende ZEW-indicator een meevaller (er was een daling verwacht), anderzijds toonden Duitse ondernemers uit het midden- en kleinbedrijf zich somber over de door de regering-Schröder doorgevoerde belastingverhogingen en de in hun ogen te hoge loonstijgingen. Ook vrezen de ondernemers de negatieve consequenties van een eventuele oorlog tegen Irak.
Het Nederlandse Centraal Bureau voor de Statistiek maakte woensdag bekend dat het de meting van de werkloosheid in ons land heeft aangepast. Waar het CBS tot dusver alleen de geregistreerde werklozen telde, worden nu alle werklozen meegerekend in het maandelijks gepubliceerde werkloosheidspercentage.
Volgens de nieuwe berekeningen was in de driemaandsperiode november 2002 tot en met januari 2003 gemiddeld 4,4 procent van de beroepsbevolking werkloos, tegen 3,4 procent in dezelfde periode een jaar eerder. Volgens de oude maatstaven zou de werkloosheid 2,6 procent hebben bedragen.
Donderdag trokken een sterke stijging van de Amerikaanse producentenprijzen en een toename van het handelstekort van de VS de meeste aandacht. Dit laatste hing samen met zowel een toename van de import als een daling van de export. De verslechtering van de handelsbalans betekent meer neerwaartse druk op de dollar, maar is tegelijkertijd een afspiegeling van het groeiverschil tussen de VS en Europa. De prijzen die fabrieken, landbouwers en andere producenten in rekening brengen aan hun afnemers stegen in januari met 1,6 procent op maandbasis, de sterkste stijging in dertien jaar. Oorzaak waren vooral de hogere energieprijzen, maar exclusief de sterk schommelende prijzen van voedsel en energie was evengoed nog sprake van een stijging van 0,9 procent.
De consumentenprijzen bleken gisteren een gematigder 0,3 procent op maandbasis te zijn gestegen. Niettemin is duidelijk dat de inflatie in de VS eerder omhoog dan naar beneden neigt. De hoge koersen op de obligatiemarkten lijken vooral te moeten worden toegeschreven aan de grote risicoaversie bij beleggers.
In een komende week met relatief veel belangrijke macrocijfers zal de meeste aandacht van de financiële markten waarschijnlijk uitgaan naar de rapportage van Hans Blix, het hoofd van de VN-inspecteurs in Irak, in de Veiligheidsraad, op vrijdag. De kans is groot dat de VS komende week de druk op de andere leden van de Veiligheidsraad opvoeren om als Blix opnieuw aangeeft dat Irak nog steeds niet goed meewerkt bij de inspecties, een resolutie aan te nemen die militaire acties tegen Irak mogelijk maakt. Dit zou neerwaartse druk op de aandelenkoersen en steun aan de obligatiemarkt kunnen geven.
Voor dinsdag staat de toonaangevende Ifo-conjunctuurindicator op de agenda. De marktverwachting is een nagenoeg stabiel cijfer voor deze barometer voor de Duitse economie, maar gelet op de sombere geluiden afgelopen week vanuit het midden- en kleinbedrijf liggen de risico’s naar de mening van Stroeve aan de onderkant.
’s Middags publiceert de Conference Board het nieuwe cijfer voor het consumentenvertrouwen in de VS. Opnieuw wordt een lichte daling verwacht, maar tot een sterke reactie op de financiële markten zal het cijfer niet leiden. Het consumentenvertrouwen heeft aan voorspelkracht ingeboet sinds het meer wordt gedreven door angst voor aanslagen en door oorlogsdreiging dan door de bestedingsplannen van de consument.
Woensdag zal blijken of de voorspelling van de Bundesbank van deze week is uitgekomen. Gezien de zwakke Duitse macrocijfers van de laatste maanden is dit volgens analisten niet een te pessimistische verwachting. Waarschijnlijk heeft vooral de buitenlandse handel negatief bijgedragen aan de groei, terwijl ook de particuliere consumptie zwak was. Vanuit de bouw kwamen eind vorig jaar juist weer betere geluiden.
De orders voor duurzame goederen in de VS zijn in januari naar verwachting weer gestegen, na een daling in de voorgaande maand.
In de loop van 2002 leken de orderontvangsten de opwaartse trend te zijn ingeslagen, maar de laatste maanden was weer sprake van teleurstellende cijfers.
Van een duidelijke terugval was tot dusver echter geen sprake. De donderdag uitkomende cijfers zijn met name een vooruitblikkende indicator voor de ontwikkeling van de Amerikaanse industrie.
Vrijdag worden voorafgaande aan een reeks Europese (bbp-groei Italië, inflatie eurozone) en Amerikaanse (onder andere Chicago-inkoopmanagersindex) cijfers verschillende Japanse macro-indicatoren bekendgemaakt. De laatste berichten uit Japan waren duidelijk positiever dan verwacht. Zo bleek de Japanse economie tegen de algemene verwachting in het vierde kwartaal van 2002 te zijn gegroeid. Dit hing vooral samen met een sterke export. De binnenlandse vraag ontwikkelde zich zwak.
Door de dalende prijzen is de Japanse consument moeilijk tot uitgeven te bewegen. De vrijdag uitkomende consumentenprijscijfers wijzen naar verwachting op aanhoudende deflatie in het land van de rijzende zon.
Deze rubriek komt tot stand in samenwerking met effectenbank Stroeve.