Buitenland

„Christen-Palestijnen creëren haatcultuur”

Dr. Gershon Nerel van de Joods-messiaanse moshav Yad Hashmonah beschuldigt Palestijnse christenen ervan mee te werken aan het creëren van een „cultuur van haat” tegen Israël. De wetenschapper uitte zijn beschuldiging op de deze week gehouden internationale conferentie aan de Hebreeuwse Universiteit van Jeruzalem over ”Antisemitisme en vooroordeel in de hedendaagse media”.

Van onze correspondent
21 February 2003 20:54Gewijzigd op 14 November 2020 00:09

De vierdaagse conferentie werd georganiseerd door het internationale Vidal Sassoon centrum voor de studie van het antisemitisme, dat verbonden is aan de Hebreeuwse Universiteit.

Nerel sprak over ”antizionisme in de ’elektronische kerk’ van het Palestijnse christendom”. In berichten die Palestijnse christelijke leiders verspreiden via het internet worden slachtoffers van de intifada afgebeeld als martelaars. Zij doen dat, aldus de messiasbelijdende historicus, om politieke redenen.

Nerel constateerde dat de lutherse bisschop in Jeruzalem, Munib Younan, herhaaldelijk naar het martelaarschap verwijst, bijvoorbeeld toen in het Palestijnse plaatsje Beit Jala de Duitse christen dr. Harry Fisher door vuur van het Israëlische leger omkwam. Youna zei toen dat de Lutherse Kerk een martelaar aanbood - oftewel haar eerste martelaar had. Door het gebruik van het thema martelaarschap worden Israëliërs, aldus Nerel, „even bloeddorstig als Pilatus” afgeschilderd. Dat Palestijnse terroristen eerst vanuit Beit Jala op de Jeruzalemse wijk Gilo schoten, laat Younan in zijn berichtgeving weg.

Nerel beschuldigde de anglicaanse bevrijdingstheoloog dr. Naim Ateek ervan met twee maten te meten. Aan de ene kant veroordeelt die de Palestijnse kamikazeaanslagen; aan de andere kant kan hij hun beweegredenen begrijpen. Ook het Bethlehem Bible College zou antizionistische theologische propaganda verspreiden. Volgens Nerel wordt de oecumenische beweging sterk beïnvloed door de anti-Israëlboodschap van de Palestijnse christenen.

De Israëlische journalist Danny Rubinstein van de krant Ha’aretz, die zich onder Nerels gehoor bevond, stelde dat slechts een klein gedeelte van de christelijke wereld zich schuldig maakt aan antizionisme. Ook zei hij dat het „werkelijke probleem” de verdwijning van het christendom uit het Heilige Land is.

Nerel wierp daar tegenin dat de ontwikkeling van een theologie voor propagandadoeleinden onacceptabel is. In zijn ogen dienen Palestijnse christenen niet de Israëliërs verwijten te maken, maar de moslims en de Palestijnse Autoriteit. Het aantal Arabische christenen in Israël zelf neemt immers niet af, aldus Nerel.

Prof. Dina Porat, hoofd van de afdeling Joodse geschiedenis aan de Tel Aviv Universiteit, beschuldigde de media ervan de Joden te hebben afgeschilderd als „de nieuwe antichrist”, bij het verslaan van de gebeurtenissen rondom de Geboortekerk in Bethlehem vorig jaar. Daarheen vluchtten 118 gewapende Palestijnen toen het Israëlische leger Bethlehem binnenviel. In de kerk hielden zij 48 geestelijken in gijzeling. Dat er drie monotheïstische godsdiensten bij de affaire betrokken waren -christelijke geestelijken in de kerk, Palestijnse moslims die er een heenkomen zochten en Joodse Israëliërs eromheen- en dat dit ook nog gebeurde op de veronderstelde geboorteplaats van Christus, was volgens haar iets „waarvan de mediamensen alleen maar kunnen dromen.”

Porat stelde verder dat de rooms-katholieke pers gedurende de eerste tien dagen van de belegering het onjuiste bericht verspreidde dat een priester die voor de kerk knielde, was doodgeschoten. Prof. Porat verweet de media ook een valse vergelijking te trekken tussen de nazi’s in de Tweede Wereldoorlog en de Israëliërs nu.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer