President Obama voert slag om Okinawa
De Amerikaanse president Barack Obama brengt vrijdag een bezoek aan Japan. Hoewel buurland China tegenwoordig alle aandacht krijgt, is het Japan waarover de Verenigde Staten zich het meest zorgen maken. Ruzie over een Amerikaanse marinebasis dreigt de belangrijke strategische relatie tussen de twee landen te verstoren.
Japan is niet meer het trouwe schoothondje waaraan de Verenigde Staten sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog gewend waren geraakt. Verkiezingen in augustus brachten een Japanse regering aan de macht die de VS weliswaar als bondgenoot ziet, maar die wel een meer onafhankelijke koers wil varen. Zo heeft de Japanse premier Hatoyama al eerder aangekondigd dat de Japanse marine in januari zal ophouden met het leveren van brandstof aan Amerikaanse schepen onderweg van en naar Afghanistan.Deze Japanse missie in de Indische Oceaan werd door de Verenigde Staten gezien als belangrijke zichtbare steun. Het wegvallen hiervan verontrust de regering in Washington. Dat het Japanse kabinet dinsdag besloot zo’n 3,3 miljard euro bij te dragen aan de wederopbouw van Afghanistan vermindert deze ongerustheid niet.
Demonstratie
Het grootste struikelblok tussen de twee bondgenoten is de verhuizing van een Amerikaanse marinebasis in de stad Futenma naar het landelijke Nago, beide op Okinawa. Sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog gebruiken de VS het zuidelijke eiland om Amerikaanse macht in Oost-Azië uit te stralen. Amerikaanse bases bezetten niet minder dan 20 procent van het eiland en domineren het dagelijks leven.
De meerderheid van de bewoners van Okinawa wil dat de Amerikanen het eiland verlaten. Zondag protesteerden zo’n 21.000 Japanners voor het vertrek van de basis – het was een van vele demonstraties de afgelopen tientallen jaren op Okinawa.
Vooral gevoelig liggen misdaden veroorzaakt door Amerikaanse soldaten. Het probleem kwam deze week weer duidelijk aan het licht nadat een Amerikaanse militair met zijn auto een 66-jarige man had doodgereden.
De voorgenomen vestiging van een nieuwe Amerikaanse basis in Nago wekt tevens de woede van de Japanners. Om het plan acceptabel te maken, beloofden de VS 8000 mariniers en hun 9000 familieleden van Okinawa naar het Amerikaanse territorium Guam te verhuizen. Er zijn echter maar 12.461 Amerikaanse mariniers in Okinawa en Japan wil dat er 10.000 op Okinawa blijven.
De ‘verhuizing’ naar Guam moet verhullen dat Japan een buitensporig bedrag betaalt voor de bouw van een nieuwe basis op het Amerikaanse Guam. Dat een soeverein land betaalt voor de bouw van een militaire basis in een ander land is ongekend.
Het verdrag voor deze merkwaardige overeenkomst werd in mei op de valreep geratificeerd tijdens de allerlaatste maanden van het kabinet van premier Aso. Het kabinet werd toen al door minder van 20 procent van de Japanse bevolking gesteund en leek elk moment te vallen.
De ratificatie was grondwettelijk omstreden. Inwoners van Okinawa hadden bijvoorbeeld geen inspraak, iets wat de Japanse grondwet vereist als een wet slechts van toepassing is op een bepaalde lokale openbare entiteit. De overeenkomst negeert tevens eisen die Japanse wetgeving stelt om het milieu te beschermen.
Staatsgreep
De overeenkomst werd verworpen door de Japanse Senaat. De regering-Aso maakte daarop gebruik van een buitengewone grondwettelijke procedure om de overeenkomst er via het parlement –waar Aso’s coalitie toen nog een meerderheid bezat– er alsnog door te drukken. Het was voor het eerst in meer dan een halve eeuw dat deze procedure werd gebruikt. Verscheidene politieke commentatoren noemden het een „grondwettelijke staatsgreep.”
Geen wonder dat premier Hatoyama opnieuw wil onderhandelen. President Obama, die onder zijn leus van ”verandering” aan de macht kwam, wil echter deze erfenis van oud-president Bush handhaven. Het is een klassieke impasse.
De vraag is nu of het de twee leiders zal gelukken nieuwe richtlijnen op te stellen voor dit voor Oost-Azië zo belangrijke strategische bondgenootschap tussen de twee landen.
Ichiro Ozawa, secretaris-generaal van de regerende Democratische Partij van Japan (DPJ) en een van de invloedrijkste politici in het land, heeft aan de vooravond van het bezoek van president Obama aan Japan harde noten gekraakt over de westerse samenleving. Deze wordt gedomineerd door het christendom, een geloof dat volgens Ozawa „gesloten en zelfingenomen” is. Dat geldt zijns inziens ook voor de islam, zij het in mindere mate. Volgens Ichiro Ozawa is „de westerse samenleving met zijn christelijke achtergrond vastgelopen.”