Buitenland

Opvetten van tonijn is funest voor de populatie

Als de Atlantische blauwvintonijn uitsterft komt er in en rond de Middellandse Zee een eind aan een minstens duizend jaar oude traditie van tonijnvangst. De Mediterrane blauwvintonijn zat in het brooddoosje van iedere Romeinse soldaat, is wel gezegd. En wie weet hoeveel tonijn de apostel Paulus heeft gegeten tijdens zijn zeereizen?

10 November 2009 11:59Gewijzigd op 14 November 2020 09:06
Carel Drijver: „Blijven vissen, dat is pas een drastische maatregel.” Foto WWF
Carel Drijver: „Blijven vissen, dat is pas een drastische maatregel.” Foto WWF

Nog altijd is het voor lokale vissers een feest als in het voorjaar deze tonijnsoort massaal vanaf de oceaan zich verdringt om de zee-engte bij Gibraltar door te komen, op weg naar de mediterrane paaiplaatsen. Nog niet zo lang terug kon je bijna over de ruggen van de vissen lopen, zo opeengepakt zaten ze daar. Om ze te vangen was al helemaal geen kunst.Maar aan die weelde is een eind gekomen. Niet de kleine vissers, maar de grote commerciële visfabrikanten varen vooraan tijdens de jaarlijkse vangst. Daardoor is het aantal tonijnen in het oostelijk deel van de Atlantische oceaan (dat is aan de Europese en Afrikaanse westkust) sinds de jaren ‘50 van de vorige eeuw met 74 procent afgenomen. Die teruggang ging de afgelopen tien jaar het snelst. De westelijke populatie (aan de Amerikaanse oostkust) is met soortgelijke cijfers afgenomen.

Overbevissing en illegale visserij zijn de boosdoeners van de huidige misstanden in de tonijnpopulatie. „De vissen worden met de meest moderne technieken getraceerd en gevangen”, zegt Wereld Natuur Fonds-medewerker Carel Drijver. „Vanuit vliegtuigen en met behulp van GPS en sonar worden de scholen opgespoord en vervolgens gevangen. De inzet van vliegtuigen mag dan officieel verboden zijn; het gebeurt nog altijd”. Drijver wijst erop dat niet alleen de aantallen tonijn drastisch zijn verminderd, wat aan vis is overgebleven is qua omvang en gewicht een stuk geringer. „Vroeger had je er uitschieters bij van 900 kilo, en nog maar vijf jaar terug zwommen er tonijnen van 160 kilo”, aldus Drijver. „Vandaag de dag is het gemiddelde gewicht 60 tot 80 kilo”. Hij voegt eraan toe dat de kleinere tonijnenvrouwtjes ook nog eens veel minder eitjes bij zich dragen, zodat de jaarlijkse aanwas ook nog eens vertraagt.

De Japanse markt neemt jaarlijks 80 procent van de 60.000 ton blauwvintonijn af die wereldwijd gevangen wordt. Japanners zijn dol op wat zij “hon maguro” noemen, vooral als het in hun populaire sushi en sashimi is verwerkt. Het zal dan ook niet verbazen dat een van de grootste graaiers in de Middellandse Zee Mitsubishi heet.

Intussen hebben de vissers iets gevonden op het probleem van de door overbevissing kleiner en lichter wordende vissen: tonijnenfarms. Dat lijkt op het eerste gehoor een verantwoord alternatief voor vissen in het wild, maar is het niet. „Dit zijn de enige boerderijen waar niet eerst wordt gezaaid alvorens er geoogst wordt”, schrijft Charles Clover in zijn boek “The End of the Line, how overfishing is changing the World and what we eat”. De tonijn die op de farms wordt gehouden, is eerst in het wild gevangen, en is dus geen zelfgekweekte vis. Waar het de visboeren om te doen is is opvetten van de tonijn nadat die is gevangen. Daardoor kunnen er alsnog ‘joekels’ van tonijn richting Japan worden verscheept.

De farms kwamen medio jaren ‘90 in het Middellandse Zee-gebied op en domineren nu de blauwvintonijnindustrtie. Vrijwel alle vangsten worden nu eerst naar speciale kooien gebracht om er in zes tot twaalf maanden op te vetten. Tonijnfarming, schrijft Clover, maakt het vooral lastig om de illegale visserij aan te pakken: de vis gaat immers onder water van de ene plek naar de andere en is daardoor extra moeilijk te traceren. Illegaal wil zeggen dat er gevangen wordt boven het vastgestelde quotum, buiten het vangstseizoen en dat men zich niet houdt aan minimum-maat en -gewicht van de vis. Dat er illegaal wordt gevist, blijkt telkens weer uit de papieren, zegt Drijver. „Als uit cijfers van de douane blijkt dat een land meer blauwvintonijn uitvoert dan op de afslagen in de havens is aangemeld, is er kennelijk een hoeveelheid tonijn op het land geboren… Dan weet je dat er illegale vangst tussen zit.”

De Europese Commisie heeft in september al gepleit voor een tijdelijk vangstverbod, maar dat voorstel is inmiddels ingehaald door een land dat zich niet laat inpakken door de grote commerciële rederijen: Monaco. Prins Albert heeft het eten van blauwvintonijn niet alleen verboden, hij heeft ook voorgesteld om de blauwvintonijn volgend jaar op de CITES-lijst te zetten, zodat er niet meer in gehandeld mag worden. Alle EU-lidstaten, zes mediterrane landen uitgezonderd, hebben zich inmiddels achter de prins geschaard.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer