„Beeld van Calvijn meer in evenwicht”
Met de nationale Reformatieherdenking in de Grote Kerk in Dordrecht wordt zaterdag het Calvijnjaar officieel afgesloten. De kerkhervormer, die 500 jaar geleden werd geboren, groeide de afgelopen maanden uit tot een bekende ‘Nederlander’. Het beeld van Calvijn werd daardoor evenwichtiger.
Nooit eerder stond christelijk Nederland zo lang en zo uitgebreid stil bij de herdenking van een van zijn voormannen. De Vrije Universiteit organiseerde een Calvijnweek, dagblad Trouw lanceerde een Calvijntest en het Instituut voor Reformatieonderzoek zorgde voor een tentoonstelling. Er verschenen lesbrieven en cd’s, een hoorspel, een theaterstuk en zelfs een glossy. Niemand heeft nog zicht op het aantal lezingen, artikelen en boeken over de reformator.Ook politiek Den Haag deed actief mee aan de Calvijnherdenking. Premier Balkenende vloog eind maart naar Berlijn om daar een tentoonstelling over het calvinisme te openen. Hij was in mei ook aanwezig tijdens de nationale Calvijnherdenking in de Grote Kerk in Dordrecht. Minister Donner neemt morgen in deze kerk de nieuwe vertaling van Calvijns Institutie in ontvangst. Koningin Beatrix woonde er op 7 mei de opening van de tentoonstelling ”Calvijn & Wij” bij.
Alle aandacht voor Calvijn is niet alleen begrijpelijk maar ook zeer terecht. De reformator zette onmiskenbaar een stempel op het protestantisme, de gereformeerde theologie en de Nederlandse samenleving.
De vraag is of het Calvijnjaar heeft bijgedragen aan een beter zicht op de kerkhervormer. Voor velen is hij nog steeds de „tiran van Genève”, de man die Michael Servet op de brandstapel bracht. Benepen, streng en dogmatisch.
Kerkhistoricus prof. dr. H. J. Selderhuis is positiever. De Apeldoornse hoogleraar hield dit jaar twee à drie lezingen per week over Calvijn en hij merkt dat met name niet-christenen anders tegen Calvijn zijn gaan aankijken. „Dat valt me ook bij de seculiere pers op. De berichtgeving is toch wat evenwichtiger.”