NAVO pakt UCK-leden op
NAVO-militairen hebben maandag in een dorp in Kosovo drie oud-leden van het Bevrijdingsleger van Kosovo (UCK) opgepakt.
De drie werden door het Joegoslavië-tribunaal gezocht op verdenking van het plegen van misdaden in de oorlog van 1998-99. Het is de eerste keer dat voormalige UCK-strijders in opdracht van het tribunaal zijn gearresteerd.
De NAVO bevestigde de arrestaties, maar gaf niet de identiteit van de arrestanten. Een broer identificeerde een van de drie als de 46-jarige Haradin Balaj. De NAVO-militairen waren ’s morgens vroeg om 3.00 uur de woning van Balaj binnengevallen in het dorp Gornja Koretica, ongeveer 20 kilometer ten westen van de provinciehoofdstad Pristina, aldus Fatmir Balaj.
De voordeur van de woning was ingetrapt. Het arrestatieteam bestond deels uit gemaskerde militairen. Andere leden van het team waren in burger. Ze namen foto’s, doorzochten de woning van Balaj en zeiden dat hij werd gezocht wegens oorlogsmisdaden, aldus de broer. Verscheidene bezittingen van Balaj werden meegenomen. Daarvoor was een document afgegeven. De zeven kinderen van de arrestant, diens vrouw en de broer bleven geschokt achter.
Balaj sloot zich bij het uitbreken van de vijandelijkheden in 1998 bij het UCK aan. Hij bekleedde geen hoge rang. Het was niet onmiddellijk duidelijk waarvan hij en de twee andere arrestanten worden beschuldigd.
Servische regeringsfunctionarissen hebben het tribunaal verweten dat het zijn activiteiten voornamelijk richt op Servische verdachten van oorlogsmisdaden. Het tribunaal zou verdachten van andere etnische groepen opzettelijk over het hoofd zien.
Kosovo, dat staatsrechtelijk deel uitmaakt van Servië-Montenegro, wordt sinds juni 1999 bestuurd door de Verenigde Naties en de NAVO.
Volgens NAVO-secretaris-generaal Robertson zijn de jongste arrestaties een signaal dat de NAVO tegen iedere persoon optreedt die van oorlogsmisdaden is beschuldigd, ongeacht de etnische afkomst van de persoon.